Gemeente Asse

Zitting van 16 december 2019

Van 20:00 tot 23:00

 

Aanwezig:

Johan De Rop, Voorzitter;

Koenraad Van Elsen, Burgemeester;

Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce en Emiel Saerens, schepenen;

Edwin Fabri, Micheline De Mol, Willy Michiels, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Erik Beunckens, Liesje Wermoes, Edward Van Keer, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt, Chris De Knop en Caroline Robberechts, Raadsleden;

Lander Van Droogenbroeck, Algemeen directeur;

 

Raadslid Guy De Bondt verlaat de vergadering vanaf punt O.P.20

Raadslid Guy De Bondt vervoegt de vergadering vanaf punt O.P.21

Raadslid Micheline De Mol verlaat de vergadering vanaf punt O.T.2

 

 

Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Goedkeuring notulen van vorige zitting.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet lokaal bestuur;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art.:De notulen van vorige zitting worden goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

IC Haviland - afsluiten van een overeenkomst "exclusieve dienstverlening" tussen de gemeente en Haviland Intercommunale IgSv (verder: "Haviland") met betrekking tot de aanwijzing van een functionaris voor gegevensbescherming (FG).

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 40 en 41 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;

Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

Gelet op de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (Algemene Verordening Gegevensbescherming (Publ.blad, L 119, 4.5.2016, pp. 1-88));

Gelet op het Vlaams decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer;

Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2018 betreffende de functionarissen voor gegevensbescherming, vermeld in artikel 9 van het decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische gegevensverkeer;

Gelet op de thans van kracht zijnde statuten van Haviland zoals gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad op 23 april 2019;

Overwegende dat overeenkomstig artikel 4 van haar statuten Haviland tot doel heeft haar deelnemers bij te staan bij de uitvoering van hun taken door het verlenen van ondersteunende diensten, door de samenwerking tussen de gemeenten te bevorderen en door de ontwikkelingsinitiatieven in het belang van de groep van de aangesloten gemeenten en de regio ervan te nemen en/of te bestendigen binnen bepaalde beleidsdomeinen, waaronder informatieveiligheid; dat deze dienstverlening volgens artikel 5 van deze statuten onder meer de vorm kan aannemen van diensten voor één of meer deelnemers waarvoor exclusiviteit verleend wordt en dit op basis van een kosten- en expertisedelend principe;

Gelet op het gegeven dat de Algemene Verordening Gegevensbescherming op datum van 24 mei 2016 in werking is getreden en, overeenkomstig haar artikel 99, 2, met ingang van 25 mei 2018 effectief van toepassing is.

Gelet op de verplichting in hoofde van de gemeente Asse om, overeenkomstig artikel 37, 1°, a) AVG en artikel 9 van het Vlaams decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer, over te gaan tot de aanduiding van een functionaris voor gegevensbescherming.

Gelet op het feit dat deze functie overeenkomstig artikel 37, 3° en 6°, van de AVG op grond van een dienstverleningsovereenkomst kan verricht worden.

Gelet op de mogelijkheid van Haviland om, conform hogervermelde statuten, diensten te leveren in het belang van de aangesloten gemeenten, dit onder meer inzake informatieveiligheid, en het feit dat de aanstelling en het ter beschikking stellen door HAVILAND aan de gemeente Asse van een Functionaris Voor Gegevensbescherming (FG) ontegensprekelijk als een dergelijke dienst dient beschouwd te worden.

Dat de gemeente als deelnemer van de dienstverlenende vereniging Haviland in de mogelijkheid is om een beroep te doen op deze diensten van de vereniging, alsook diensten in exclusiviteit kan geven aan Haviland.

Dat aldus, voor de vereiste aanduiding van een Functionaris voor Gegevensbescherming (FG), een beroep zal worden gedaan op een personeelslid van Haviland.

Dat de aanduiding van een personeelslid van Haviland als FG voor de gemeente Asse een in exclusiviteit toegewezen dienst is, waarbij de gemeente zich ertoe verbindt om voor de diensten dewelke in deze overeenkomst worden omschreven, indien ze deze niet in eigen beheer wenst uit te voeren, uitsluitend een beroep te doen op de diensten van Haviland.

Dat de gemeente aldus kan kiezen om voor de betrokken diensten een beroep te doen op Haviland, dan wel om deze diensten zelf uit te oefenen, doch uitdrukkelijk afziet van de mogelijkheid om de dienst, gedurende de looptijd van de overeenkomst, te laten uitvoeren door derden.

Dat voor de uitvoering van deze exclusieve taken zal worden gewerkt overeenkomstig de in bijlage toegevoegde overeenkomst.

Dat deze overeenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur.

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen tot aanstelling van een personeelslid van Haviland als Functionaris Voor Gegevensbescherming (FG) van de gemeente, overeenkomstig de modaliteiten zoals beschreven in de als bijlage toegevoegde overeenkomst.

 

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Artikel 1:De volgende diensten worden in exclusiviteit toegekend aan de dienstverlenende vereniging Haviland, en dit voor onbepaalde duur met ingang van 11/11/2019: aanwijzing van een personeelslid van Haviland als Functionaris Voor Gegevensbescherming (FG) van de gemeente zoals bedoeld in de artikelen 37-39 van de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG, artikel 9 van het Vlaams decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer en het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2018 betreffende de functionarissen voor gegevensbescherming, vermeld in artikel 9 van het decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische gegevensverkeer.

 

Artikel 2:De uitvoering van deze exclusieve diensten gebeurt overeenkomstig de als bijlage toegevoegde overeenkomst.

 

Artikel 3:Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met het uitvoeren van huidige beslissing.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Huurovereenkomst grond Kapellestraat.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 40 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Overwegende dat de gemeente op 29 november 2017 een huurovereenkomst heeft afgesloten met de heren Koen en Tomas Robyns m.b.t. het volgende goed: een terrein gelegen aan de Kapellestraat tussen de nummers 10 en 26 te 1730 Asse, ten kadaster gekend als Asse, eerste afdeling, sectie K, nrs. 436/D en 436/E, met een oppervlakte van 88 are 72 centiare;

Overwegende dat de huur een aanvang nam op 1 november 2017 en eindigt op 31 oktober 2020, waarna ze stilzwijgend kan verlengd worden voor telkenmale een duur van één jaar;

Gelet op het ontwerp van inplantingsplan voor het terrein;

Overwegende dat omwille van de hoegrootheid van de investeringen de gemeente zekerheid wenst te hebben dat zij het terrein voor langere duur kan gebruiken;

Gelet op het schattingsverslag van landmeter-expert Emiel Van den Broeck;

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art. :De huurovereenkomst d.d. 29 november 2017 wordt als volgt  aangepast:

1) Het eerste lid van artikel 4 wordt door de volgende bepaling vervangen:

"De huur neemt een aanvang op 1 november 2017 en wordt aangegaan voor een duur van negen jaar."

 

2) Het eerste lid van artikel 5 wordt door de volgende bepaling vervangen:

"De verhuring wordt toegestaan mits betaling door de gemeente aan de verhuurder van een jaarlijkse huurvergoeding van 14.000,00 euro."

 

3) Lid 5 van artikel 5 wordt door de volgende bepaling vervangen:

"De aanpassing zal slechts één maal per jaar geschieden en dit op de verjaardag van de inwerkingtreding van het eerste adendum bij de huurovereenkomst."

 

4) Artikel 5, voorlaatste lid wordt door de volgende bepaling vervangen:

"De elementen van deze formule worden als volgt omschreven:

- de basisvergoeding: de huurvergoeding zoals bepaald in artikel 5, eerste lid van deze huurovereenkomst;

- nieuw indexcijfer: het gezondheidsindexcijfer van de maand die voorafgaat aan de maand van de verjaardag van de inwerkingtreding van het eerste addendum bij de huurovereenkomst;

- aanvangsindexcijfer: het gezondheidsindexcijfer van de maand die voorafgaat aan de maand waarin het eerste addendum bij de huurovereenkomst is afgesloten."

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Arbeidsbegeleiding en Tewerkstelling: Regierol lokale sociale economie.

 

 

Motivering:

 

Bevoegdheid

 

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Feitelijk

 

Toekomstforum Halle-Vilvoorde wil bekijken of in het kader van de regierol sociale economie meer middelen voor de regio kunnen gegenereerd worden en of de slagkracht van deze projecten kan verhoogd worden. Met name zou het aantal aanvragen in onze regio van 2 clusters naar 4 clusters verhoogd kunnen worden.

Er is de mogelijkheid om 4 clusters te vormen van minimaal 80.000 inwoners waarvoor 4 maal 50.000 euro subsidies kunnen aangevraagd worden.

 

Een belangrijk criterium om geselecteerd te worden is een hoge werkloosheidsgraad. Vilvoorde, Halle, Dilbeek, Sint-Pieters-Leeuw, Zaventem, Grimbergen en Asse zijn de gemeenten met het hoogste aantal werkzoekenden (meer dan 800).

Een aantal gemeenten hebben een hoge werkloosheidsgraad (meer dan 6%) zoals Machelen, Wemmel, Wezembeek-Oppem en Kraainem.

 

Voordelen voor de regio en individuele besturen:

- Er komen meer middelen naar de regio.

- Er kan een grotere slagkracht ontwikkeld worden, meer expertise opgebouwd.

- Er kan meer worden samengewerkt in (grotere) projecten, versterking van

  sociale-economie initiatieven, kruisbestuiving, ....

- Betere afstemming met initiatieven van andere lokale besturen. 

 

In samenspraak met de gemeente/OCMW van Asse, Dilbeek en Wemmel werd een overeenkomst opgemaakt.

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art.1.:De gemeenteraad beslist in te gaan op de open oproep 'Regierol voor de steden en gemeenten op het vlak van de sociale economie voor de periode 2020-2025 via de cluster Dilbeek, Asse, Wemmel'.

 

Art. 2.De gemeenteraad verklaart zich akkoord met het volgende voorstel van overeenkomst met statutaire draagkracht houdende de oprichting van een interlokale vereniging inzake de regierol sociale economie tussen Dilbeek, Asse en Wemmel.

 

OVEREENKOMST MET STATUTAIRE DRAAGKRACHT HOUDENDE DE OPRICHTING VAN EEN INTERLOKALE VERENIGING INZAKE DE REGIEROL SOCIALE ECONOMIE TUSSEN DILBEEK, ASSE EN WEMMEL

 

TUSSEN:

 

Gemeente Dilbeek, met zetel te Gemeenteplein 1, 1700 Dilbeek

vertegenwoordigd door dhr. Stefaan Platteau, voorzitter gemeenteraad Dilbeek, en mevr. Marianne Vanden Houte, algemeen directeur Dilbeek, handelend in uitvoering van het besluit van de gemeenteraad van (datum);

en

OCMW Dilbeek, met zetel te Gemeenteplein 1, 1700 Dilbeek

vertegenwoordigd door dhr. Stefaan Platteau, voorzitter OCMW-raad Dilbeek, en mevr. Marianne Vanden Houte, algemeen directeur Dilbeek, handelend in uitvoering van het besluit van de OCMW-raad van (datum);

en

Gemeente Asse, met zetel te Gemeenteplein 1, 1730 Asse,

vertegenwoordigd door dhr. Johan De Rop, voorzitter gemeenteraad Asse, en dhr. Lander Van Droogenbroeck, algemeen directeur Asse, handelend in uitvoering van het besluit van de gemeenteraad van (datum);

en

OCMW Asse, met zetel te Gasthuisstraat 2, 1730 Asse,

vertegenwoordigd bij delegatie door dhr. Emiel Saerens, voorzitter bijzonder comité voor de sociale dienst, en mevr. Nicole De Reuse, adjunct-algemeendirecteur Asse, handelend in uitvoering van het besluit van de OCMW-raad van (datum);

en

Gemeente Wemmel, met zetel te Dr. H. Folletlaan 28, 1780 Wemmel, vertegenwoordigd door dhr. Walter Vansteenkiste, burgemeester gemeente Wemmel, en mevr. Audrey Monsieur, algemeen directeur Wemmel, handelend in uitvoering van het besluit van de gemeenteraad van (datum);

en

OCMW Wemmel, met zetel te De Limburg Stirumlaan 116, 1780 Wemmel, vertegenwoordigd door dhr. Armand Hermans, voorzitter van OCMW Wemmel en mevr Audrey Monsieur ,algemeen directeur Wemmel handelend in uitvoering van het besluit van de OCMW-raad van (datum)

 

Verder genoemd "de deelnemende lokale besturen",

 

De verschijners verklaren over de vereiste bekwaamheid, bevoegdheid en mandaten te beschikken om de partij waarvoor zij optreden in rechte te verbinden.

 

 

WORDT OVEREENGEKOMEN EN AANVAARD HETGEEN VOLGT:

 

Artikel 1 Oprichting

1.1. De deelnemende lokale besturen gaan bij onderhavige overeenkomst met statutaire draagkracht over tot de oprichting van een interlokale vereniging tot opname van de regierol inzake sociale economie van het decreet van 17 februari 2012 betreffende de ondersteuning van het ondernemerschap op het vlak van de sociale economie en de stimulering van het maatschappelijk verantwoord ondernemen en haar uitvoeringsbesluiten. De interlokale vereniging heeft geen rechtspersoonlijkheid en er is geen beheersoverdracht voorzien.

 

1.2. De interlokale vereniging draagt de naam “Sociale Tewerkstelling Dilbeek, Asse en Wemmel”, kortweg ST DAW en de werking ervan wordt geregeld door de bepalingen van deze overeenkomst met statutaire draagkracht en aanvullend het decreet van Lokaal Bestuur van 22 december 2017.

 

1.3. De gemeente Dilbeek treedt op als beherende gemeente en de zetel van de interlokale vereniging is gevestigd te Gemeenteplein 1, 1700 Dilbeek.

 

Artikel 2 Doelstelling en activiteiten

2.1. De doelstelling van de interlokale vereniging bestaat in het vervullen van een gezamenlijke regierol om de uitbouw van de lokale sociale economie en het maatschappelijk verantwoord ondernemen te stimuleren op het grondgebied van de deelnemende lokale besturen.

 

2.2. De deelnemende lokale besturen engageren zich om gezamenlijk minimaal één jaarlijkse actie te organiseren die de netwerking op het grondgebied bevordert inzake de sociale economie en het maatschappelijk verantwoord ondernemen. Met de acties wil de interlokale vereniging de samenwerking tussen de sociale economie actoren uit de deelnemende lokale besturen versterken, de samenwerking tussen sociale economie en privébedrijven promoten, het maatschappelijk verantwoord ondernemen stimuleren, ... Daarnaast voorzien de deelnemende lokale besturen een jaarlijkse gezamenlijke actie die bijdraagt aan de ontwikkeling van de lokale sociale economie.

 

Artikel 3 Duur

3.1. De interlokale vereniging wordt opgericht voor de periode van de toegekende projecttijd van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2025. Als er geen subsidies worden ontvangen vanuit Vlaanderen voor het uitvoeren van de regierol sociale economie wordt de interlokale vereniging van rechtswege ontbonden. De stilzwijgende verlenging van de overeenkomst is uitdrukkelijk uitgesloten.

Een tussentijdse opzegging van een deelnemend lokaal bestuur uit de interlokale vereniging wordt uitdrukkelijk uitgesloten. De tussentijdse opzegging van de interlokale vereniging wordt uitdrukkelijk uitgesloten.

 

3.2. De deelnemende lokale besturen kunnen na verstrijken van de in artikel 3.1. vermelde duur een nieuwe overeenkomst afsluiten, en dit enkel na uitdrukkelijke beslissing ter zake door de gemeenteraad en de OCMW raad.

 

Artikel 4 Beheerscomité

4.1. De deelnemende gemeenten en OCMW’s gaan over tot oprichting van een beheerscomité. Elke deelnemer beschikt over één mandaat in te vullen door een natuurlijk persoon.

 

4.2. De deelnemende gemeente worden in het beheerscomité uitsluitend vertegenwoordigd door één lid dat wordt aangeduid onder de gemeenteraadsleden, de burgemeester en de schepenen. Er wordt gelijktijdig één vervangend lid van het beheerscomité aangeduid.

 

4.3. De deelnemende OCMW’s  worden in het beheerscomité uitsluitend vertegenwoordigd door één lid dat wordt aangeduid onder de raadsleden, het vast bureau en de OCMW-voorzitter. Er wordt gelijktijdig één vervangend lid van het beheerscomité aangeduid.

 

4.4. Elk lid van het beheerscomité beschikt over één stem. De voorzitter van het beheerscomité wordt aangeduid onder de afgevaardigden van de deelnemende lokale besturen.

 

4.5. Alle leden van het beheerscomité zijn van rechtswege ontslagnemend bij verlies van hun openbaar mandaat.

 

4.6. De betrokken ambtenaren van het deelnemende lokaal bestuur wonen de vergadering van het beheerscomité bij en kunnen adviseren maar beschikken niet over stemrecht. Het staat de deelnemende lokale besturen vrij om deskundigen ter zake uit te nodigen om de vergadering bij te wonen. Deskundigen hebben ook geen stemrecht. Alle aanwezigen worden opgenomen in de notulen.

Het beheerscomité stelt een huishoudelijk reglement op waarin de bepalingen rond de organisatie en de werkzaamheden van de interlokale vereniging worden opgenomen.

 

4.7. De beslissingen worden genomen met gewone meerderheid met uitzondering van de beslissingen waarvoor volgens deze overeenkomst een bijzondere meerderheid vereist is.

 

4.8. Per werkjaar worden minstens twee vergaderingen van het beheerscomité gehouden waarin de rekeningen worden goedgekeurd en de jaarlijkse begroting wordt opgemaakt. Het beheerscomité stelt de begroting en de rekening op en legt ze samen met een activiteitenverslag, ter goedkeuring voor aan de gemeenteraden en de OCMW raden van de deelnemende lokale besturen.

De jaarlijkse evaluatie in de deelnemende lokale besturen gebeurt ter gelegenheid van de bespreking van deze documenten. Indien een gemeenteraad en/of OCMW raad niet reageert binnen de 60 dagen na voorlegging, worden de jaarrekening, de begroting en activiteitenverslag geacht goedgekeurd te zijn.

 

Artikel 5 Financiering

5.1. Ter ondersteuning van de gezamenlijke regierol kan de Vlaamse regering een subsidie toekennen. Bij toekenning van dit bedrag wordt dit integraal gebruikt voor de uitvoering van bovenstaande acties. Er wordt geen inbreng verwacht van de lokale besturen.

 

5.2. Jaarlijks wordt een afrekening gemaakt van de financiële middelen op basis van de verdeling, opgenomen in het subsidieaanvraagdossier of gewijzigd door het beheerscomité. Alle financiële transacties van de interlokale vereniging verlopen via een financiële bankrekening die wordt beheerd en op naam staat van de interlokale vereniging. Elke uitgave van de interlokale vereniging wordt goedgekeurd door het beheerscomité.

 

Artikel 6 Informatieverstrekking aan de deelnemers

Samen met de jaarrekening wordt aan de participanten een jaarverslag ter beschikking gesteld. Dit jaarverslag wordt samen met de rekening aan de gemeenteraden en OCMW raden ter goedkeuring voorgelegd.

 

Artikel 7 Publiciteit

Bij het maken van publiciteit voor acties die passen binnen de samenwerking, zal steeds het logo van de deelnemende lokale besturen vermeld worden.

 

Artikel 8 Slotbepalingen

8.1 Deze overeenkomst is alleen aanpasbaar mits onderling schriftelijk akkoord tussen deelnemende lokale besturen na goedkeuring door de gemeenteraden en OCMW raden van de deelnemende lokale besturen.

 

8.2 Voor alles wat niet door deze overeenkomst wordt geregeld, is het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd, van toepassing.

 

Artikel 9 Einde van de vereniging

9.1. De beslissing tot opheffing van de vereniging kan door het beheerscomité alleen genomen worden met een bijzondere meerderheid van 2/3 van de stemmen en wanneer 2/3 van de deelnemende leden vertegenwoordigd zijn.

De in de vereniging aanwezige middelen worden in voorkomend geval verdeeld over de deelnemende lokale besturen overeenkomstig de afspraken. De eventuele schulden worden evenredig verdeeld over de lokale besturen.

 

Opgemaakt te Dilbeek op (datum) in 3 exemplaren waarvan alle partijen verklaren één exemplaar ontvangen te hebben.

 

Voor gemeente Dilbeek

Algemeen directeurVoorzitter gemeenteraad

Marianne Vanden Houte Stefaan Platteau

 

Voor OCMW Dilbeek

Algemeen directeur Voorzitter OCMW-raad

Marianne Vanden HouteStefaan Platteau

 

Voor gemeente Asse

Algemeen directeur Voorzitter gemeenteraad

Lander Van Droogenbroeck Johan De Rop

 

Voor OCMW Asse bij delegatie

Adjunct-algemeendirecteurVoorzitter BCSD

Nicole De ReuseEmiel Saerens

 

Voor gemeente Wemmel

Algemeen directeur Burgemeester

Audrey Monsieur Walter Vansteenkiste

 

Voor OCMW Wemmel

Algemeen directeur Voorzitter OCMW-raad

Audrey MonsieurArmand Hermans

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Goedkeuring toetreding, statuten, bijdrage en vertegenwoordigers IOED.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet Lokaal beleid;

Gelet op de meerjarenplanning;

Gelet op de principiële collegebeslissing van 27 mei 2019 toe te treden tot de IOED Brabantse Kouters West;

Gelet op het ontwerp van de statuten en het huishoudelijk reglement van de IOED Brabantse Kouters West;

Gelet op de collegebeslissing van 21 oktober 2019 m.b.t. 'Goedkeuring toetreding, statuten, bijdrage en vertegenwoordigers IOED';

 

Besluit:

stemming over artikel 1 tot en met 5

Met 27 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Edward Van Keer, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Theo Hamers en Caroline Robberechts), 4 onthoudingen (Willy Michiels, Erik Beunckens, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop)

stemming over art. 6 vertegenwoordigers

Met algemene stemmen

 

Art. 1:De gemeenteraad stemt in met de oprichting van een projectvereniging in de zin van hoofdstuk 3 van titel 3 van het decreet over het lokaal bestuur als intergemeentelijke onroerend erfgoeddienst.

 

Art. 2:De gemeenteraad keurt het ontwerp van de statuten van de Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst (IOED) Brabantse Kouters West goed.

 

Art. 3:De gemeenteraad keurt het ontwerp van huishoudelijk reglement goed.

 

Art. 4: De gemeenteraad stemt in met de indiening van een aanvraag tot erkenning van de projectvereniging als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst op basis van een aanvraagdossier conform de samenvattende nota met de inhoudelijke krachtlijnen en financiering.

 

Art.5: In de meerjarenplanning wordt vanaf 2021 een budget van 7.000,00 euro voor de lidmaatschapsbijdrage uitgetrokken.

 

Art. 6: De gemeenteraad duidt

- schepen Geert Heyvaert aan als effectieve vertegenwoordiger van de gemeente Asse in de projectvereniging aan als stemgerechtigd lid en raadslid Danny Van Hemelrijck als  lid met raadgevende stem.

 

Schepen Joris Van den Cruijce wordt aangeduid als vervanger van schepen Geert Heyvaert.

 

Raadslid Niel Delgouffe wordt aangeduid als vervanger van raadslid Danny Van Hemelrijck.

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

GBS Centrum-Krokegem - herbepaling van de capaciteit van de vestigingsplaats Krokegem.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op het feit dat de gebouwen van de GBS Centrum in de Mollestraat in zeer slechte staat zijn;

Gelet op het feit dat er meer dan 10 jaar geleden bij Agion een dossier werd ingediend met de vraag naar subsidies;

Gelet op het feit dat er begin dit jaar door Agion werd gemeld dat de school bovenaan de wachtlijst staat en dat het bestuur hierop wenst in te gaan in de loop van deze legislatuur;

Gelet op het feit dat op de vestigingsplaats in het centrum is een grondige verbouwing of nieuwbouw gezien de beperkte beschikbare ruimte niet mogelijk is, maar er op de vestigingsplaats in Krokegem daarentegen wel ruimte is voor uitbreiding;

Gelet op de keuze van het gemeentebestuur om de gebouwen in het centrum op termijn te verlaten en deze klassen te herlocaliseren in een nieuwbouw in Krokegem;

Gelet op het feit dat de klassen in het centrum zullen blijven tot de nieuwbouw in Krokegem klaar is;

Gelet op het feit dat de school op termijn dus slechts 1 vestigingsplaats zal hebben met 2 gelijkwaardige klassen van elk jaar;

Gelet op het feit dat er in de vestigingsplaats in het centrum geen kleuters zijn;

Gelet op het feit dat er vanaf 1 september 2020 zal gestart worden met een bijkomende onthaalklas in Krokegem en dit een capaciteitsverhoging betekent met 25 kleuters;

Gelet op het feit dat dezelfde uitbreiding met 25 kleuters moet gebeuren in de jaren erna voor elk van de kleuterklassen tot de nieuwbouw opent in het schooljaar 2023-2024 en alle klassen op dat moment ontdubbeld zijn;

Gelet op het feit dat hier in het dossier van de Centrale Aanmeldingen rekening mee moet gehouden worden;

Gelet op het feit dat dit voorgelegd werd aan de Schoolraad op 9 december 2019;

Gelet op het feit dat dit aan alle andere netten moet meegedeeld worden;

 

Besluit: Met 26 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Willy Michiels, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Erik Beunckens, Liesje Wermoes, Edward Van Keer, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Finke Jacobs, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt, Chris De Knop en Caroline Robberechts), 5 onthoudingen (Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck en Johan Berben)

 

Artikel 1:Vanaf het schooljaar 2020-2021 wordt de vestiging Krokegem uitgebreid met een onthaalklas, met een maximale capaciteit van 25 kleuters, wat de totale capaciteit van de onthaalklassen op 50 kleuters brengt.

 

Art. 2:Vanaf het schooljaar 2021-2022 wordt de vestiging Krokegem uitgebreid met een 1e kleuterklas, met een maximale capaciteit van 25 kleuters, wat de totale capaciteit van de 1e kleuterklassen op 50 kleuters brengt.

 

Art. 3:Vanaf het schooljaar 2022-2023 wordt de vestiging Krokegem uitgebreid met een 2e kleuterklas, met een maximale capaciteit van 25 kleuters, wat de totale capaciteit van de 2e kleuterklassen op 50 kleuters brengt.

 

Art. 4:Vanaf het schooljaar 2023-2024 wordt de vestiging Krokegem uitgebreid met een 3e kleuterklas, met een maximale capaciteit van 25 kleuters, wat de totale capaciteit van de 3e kleuterklassen op 50 kleuters brengt.

 

Art. 5:Vanaf 1 september 2023 wordt de capaciteit dus zowel voor de kleuters als de lagere klassen op 50 leerlingen vastgelegd.

 

Art. 6:Deze herbepalingen van de capaciteit worden ter kennisgeving aan alle belanghebbenden, de schoolraad en de andere netten meegedeeld.

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

GBS Walfergem - herbepaling van de capaciteit.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op het decreet van 30 mei 2012 houdende technische en praktische aanpassingen aan het decreet van 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht;

Gelet op het decreet van 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht;

Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 de artikelen 3, 15, 18, 21, 22, 25, 26, 27, 28, 29, 32, 37, hoofdstuk I V afdeling 3. Recht op inschrijving de artikelen 37bis-37 duodevicies en afdeling 4. aanmeldingsprocedures art.37 undevicies-art.37vicies septies;

Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, artikel 21;

Overwegende dat elk schoolbestuur de capaciteit voor elke school, onderwijsniveau en vestigingsplaats moet bepalen en deze kan verhogen, mits melding aan de andere scholen op het grondgebied;

Overwegende dat de capaciteit van de school, het niveau en de vestigingsplaats maximaal wordt vastgelegd voor zover de veiligheid van de kinderen niet in het gedrang komt (geen pedagogisch luxe);

Overwegende dat de maximale aantallen werden vastgelegd op basis van veiligheid en volgens de bepalingen in het verleden;

Gelet op de beslissing van de Gemeenteraad dd. 18/09/2012, punt 22, inzake capaciteit van de gemeentelijke scholen;

Overwegende dat met het nieuwbouwdossier voor de kleuters de capaciteit op 300 kleuters werd bepaald en voor het 1e leerjaar en 2e leerjaar op 75 leerlingen;

Overwegende dat voor de andere leerjaren de capaciteit behouden blijft op 50 leerlingen per leerjaar;

Overwegende dat met de reeds aanwezige kleuters en leerlingen alle lokalen bezet zijn en er onvoldoende lokalen zullen zijn als de capaciteit blijft zoals bepaald in de Gemeenteraadszittingen van 28/11/2016 en 16/10/2017;

Overwegende dat daarom voorgesteld wordt om vanaf 01/09/2020 de maximale capaciteit voor kleuters per geboortejaar vast te leggen;

Overwegende dat, op basis van het aantal lokalen en de reeds aanwezige kleuters, voorgesteld wordt om de maximale kleutercapaciteit voor de geboortejaren 2015, 2016 en 2017 op 75 kleuters te zetten;

Overwegende dat voor het geboortejaar 2018 de capaciteit op 50 kleuters gezet wordt;

Overwegende dat de schoolloopbaan voor de huidige, zittende leerlingen gegarandeerd moet en zal blijven;

Overwegende dat capaciteitsverhogingen en -herbepalingen ter kennisgeving aan andere schoolbesturen, de Schoolraad en belanghebbenden moet worden meegedeeld;

 

Besluit: Met 26 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Willy Michiels, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Erik Beunckens, Liesje Wermoes, Edward Van Keer, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Finke Jacobs, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt, Chris De Knop en Caroline Robberechts), 5 onthoudingen (Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck en Johan Berben)

 

Artikel 1:Vanaf 1 september 2020 wordt de capaciteit voor de kleuters in de GBS Walfergem per geboortejaar bepaald, nl.:

- voor de geboortejaren 2015, 2016 en 2017: maximaal 75 kleuters

- voor geboortejaar 2018: maximaal 50 kleuters

 

Art. 2:Deze herbepalingen van de capaciteit worden ter kennisgeving aan alle belanghebbenden, de schoolraad en de andere netten meegedeeld.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Scholengemeenschap Asse - opzegging van het lopende beleidscontract tussen het schoolbestuur Asse en het CLB Noordwest-Brabant voor de periode 2014-2020.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op het decreet van 1 december 1998 betreffende de centra voor leerlingenbegeleiding, inzonderheid hoofdstuk V, afdeling 2, artikel 38;

Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 juli 2009 tot vaststelling van de operationele doelstellingen voor de centra voor leerlingenbegeleiding;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 12 september 2008 betreffende het multidisciplinaire dossier in de centra voor leerlingenbegeleiding;

Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 16 juni 2014 houdende goedkeuring van het beleidscontract tussen het centrum voor leerlingenbegeleiding CLB Noordwest-Brabant en de gemeentescholen voor de periode 2014-2020;

Overwegende dat dit beleidscontract een einde neemt op 31 augustus 2020 en vervangen zal worden door zgn. "samenwerkingsafspraken" met ingang van 1 september 2020;

Overwegende dat het beleidscontract daarom opgezegd moet worden tegen ten laatste 31 december 2019;

Overwegende dat dit principe werd voorgelegd aan de Schoolraad op 9 december 2019;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art.:Het lopende beleidscontract tussen het schoolbestuur Asse en het CLB Noordwest-Brabant voor de periode 2014-2020 wordt opgezegd en neemt een einde op 31/08/2020.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Thuisopvang Zieke Kinderen 3WPlus Kinderopvang van organiserende naar aansluitende partner.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet lokaal bestuur;

 

Gelet op de samenwerkingsovereenkomst dd. 1/1/2019 en de opzegtermijn van 1 jaar ;

 

Overwegende de aanzienlijke besparing die een overstap van organiserende naar aansluitende partner oplevert;

 

Besluit: Met 28 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Willy Michiels, Johan De Rop, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Erik Beunckens, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Johan Berben, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop), 3 onthoudingen (Edward Van Keer, Finke Jacobs en Caroline Robberechts)

 

Enig art. :De gemeenteraad gaat akkoord met de overgang van organiserende naar aansluitende partner binnen het project thuisopvang zieke kinderen van 3WPlus Kinderopvang, vanaf 1/1/2021, en laat zodoende de opzegtermijn van 1 jaar ingaan vanaf 1/1/2020.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Kosteloze grondverwerving Gentsesteenweg / Heidekouter.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 40, § 1 en artikel 41, lid 2, 11° van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op de omgevingsvergunning d.d. 15 juli 2019;

Overwegende dat in het kader van de omgevingsvergunning d.d. 15 juli 2019 ter verbreding van het voetpad het volgende goed kosteloos aan de gemeente dient te worden afgestaan:

- een strook grond gelegen langs de Gentsesteenweg en de Heidekouter te 1730 Asse, ten kadaster gekend als Asse, eerste afdeling, sectie K, nr. 650/D (deel), met een oppervlakte van 53,93 m²;

Overwegende dat deze strook eigendom is van mevrouw Lena Meskens;

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1 -De gemeente Asse zal het volgende goed kosteloos verwerven:

- een strook grond gelegen langs de Gentsesteenweg en de Heidekouter te 1730 Asse, ten kadaster gekend als Asse, eerste afdeling, sectie K, nr. 650/D (deel), met een oppervlakte van 53,93 m², eigendom van mevrouw Lena Meskens.

 

Art. 2 -Het in artikel 1 vermelde goed wordt ingelijfd in het openbaar domein van de gemeente Asse.

 

Art. 3 -De akte tot kosteloze grondafstand zal verleden worden voor de burgemeester en namens de gemeente Asse ondertekend worden door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Kosteloze grondverwerving Schermershoek.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 40, § 1 en artikel 41, lid 2, 11° van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op de omgevingsvergunning verkaveling d.d. 9 september 2019;

Overwegende dat in het kader van de omgevingsvergunning verkaveling d.d. 9 september 2019 er ter realisatie van de rooilijn het volgende goed kosteloos aan de gemeente dient te worden afgestaan:

- een strook grond gelegen langs de Schermershoek te Asse, ten kadaster gekend als Asse, sectie A, nr. 80/D, met een oppervlakte van 27 ca;

Overwegende dat deze strook eigendom is van mevr. Maria De Proost, dhr. Benny De Smedt en mevr. Veerle De Smedt;

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1 -De gemeente Asse zal het volgende goed kosteloos verwerven:

- een strook grond gelegen langs de Schermershoek te Asse, ten kadaster gekend als Asse, sectie A, nr. 80/D, met een oppervlakte van 27 ca, eigendom van mevr. Maria De Proost, dhr. Benny De Smedt en mevr. Veerle De Smedt.

 

Art. 2 -Het in artikel 1 vermelde goed wordt ingelijfd in het openbaar domein van de gemeente Asse.

 

Art. 3 -De akte tot kosteloze grondafstand zal verleden worden voor de burgemeester en namens de gemeente Asse ondertekend worden door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Wijziging politiereglement aangaande markt.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 40, § 3 juncto artikel 41, lid 2, 2° van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet;

Gelet op de algemene leefmilieu-, brandpreventie- en politieverordening;

Gelet op de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten;

Overwegende dat het politiereglement aangaande de openbare markt dient te worden aangepast aan de huidige realiteit;

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art. :De wijzigingen aan de Algemene leefmilieu-, brandpreventie- en politieverordening, hoofdstuk VIII - markten worden goedgekeurd als volgt :

 

HOOFDSTUK VIII – MARKTEN

 

Inrichting

 

Art. 8.1. De openbare markten worden alleen door de gemeente georganiseerd.

 

Het college van burgemeester en schepenen kan in uitzonderlijke gevallen en op gemotiveerde wijze een afwijking op dit marktreglement toestaan.

 

Binnen de perken van de beschikbare ruimte is deelneming aan de openbare markt onderworpen aan de toelating van het college van burgemeester en schepenen.

 

Plaats van de markten

 

Art. 8.2. De openbare markten worden gehouden te:

- ASSE: elke dinsdag op de Markt - Kattestraat - parking Hopmarkt.

-ZELLIK: elke zaterdag op de Brusselsesteenweg (nr. 582 tot 636 600).

 

De gemeenteraad vertrouwt aan het college van burgemeester en schepenen de bevoegdheid toe om de markten in te delen (plan van de standplaatsen, hun eventuele specialisaties en technische specificaties).

 

Ingeval van onvoorziene of dringende omstandigheden kan de burgemeester, of in geval hij zou verhinderd zijn, de schepen van middenstand, een andere plaats aanduiden, mits kennisgeving aan het college van burgemeester en schepenen bij de eerstvolgende zitting.

 

Wanneer een deel van de markt of alle standplaatsen definitief worden opgeheven, geldt een termijn van vooropzeg aan de houders van een standplaats per abonnement van ten minste 6 maanden. In gevallen van absolute noodzakelijkheid kan hier van afgeweken worden, waarbij de minimumtermijn kan dan ingekort worden.

 

Organisatie van de standplaats

 

Art. 8.3. Het innemen van de standplaatsen dient te gebeuren minstens een half uur voor de opening van de markt.

De opstelling van tenten, kramen en goederen is verboden tot 2 uur voor de opening van de markt.

 

De verkoop op de normale marktdag loopt te Asse en Zellik van 7.30 uur tot 13.00 uur.

 

Art. 8.4. Ten laatste 1 uur na het sluiten van de verkoop moet de marktkramer de marktplaats verlaten hebben met zijn goederen, kramen en voertuigen.

 

Art. 8.5. De marktkramer is er persoonlijk aansprakelijk voor dat bij het verlaten van de marktplaats zijn standplaats in volkomen staat van reinheid gebracht is.

De opkuis zal door de marktkramers gebeuren tot de helft van het voorliggend gaanpad. Marktkramers zijn verplicht hun eigen afval terug mee te nemen.

 

Art. 8.6. De voertuigen waarmee kramen, tenten en goederen worden aangevoerd, moeten onmiddellijk gelost worden en dienen gebracht naar de plaats aangewezen door de marktleider.

 

Art. 8.7. § 1. Te Asse en Zellik zullen de rijen kramen of winkelwagens gescheiden zijn door wegen uitsluitend bestemd voor de voetgangers.

 

§ 2. Bij elke omstandigheid waardoor een optreden van de brandweer noodzakelijk is, dienen alle marktkramers hun luifels onmiddellijk in te korten zodat er minimum 3 m vrije ruimte ontstaat. Hiertoe moeten ze niet aangemaand worden, doch dienen zelf, bij het horen van de sirenes van de brandweer, hiertoe over te gaan. Er is een omleiding voorzien in Zellik voor het openbaar vervoer.

 

Art. 8.8. De kramen en winkelwagens dienen derwijze geplaatst te worden op het hun toegewezen perceel dat de uitgestalde koopwaren niet uitsteken buiten de scheidingslijn tussen de kramen en de doorgangen voor het publiek. Uitzondering wordt echter gemaakt voor luifels of een gedeelte van een kraam dat uitsteekt boven de doorgangsweg en kan beschouwd worden als afdak op voorwaarde echter dat het zich minimum 2 m boven de grond bevindt. Daaraan mag in geen geval koopwaar bevestigd worden.

 

Art. 8.9. Het is voor de marktkramers verboden het verkeer van de voetgangers te hinderen in de hen voorbehouden doorgangen door er voorwerpen te plaatsen, te hangen of achter te laten.

 

Art. 8.10. Het is de marktkramers verboden een ander perceel in te nemen dan datgene dat hen toegewezen is door de marktleider.

 

Art. 8.11. § 1. Een standplaats kan enkel toegekend worden aan de houders van een machtiging om ambulante activiteiten uit te oefenen overeenkomstig de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten of aan de verkopers van producten of diensten met een niet-commercieel karakter indien aan al de volgende voorwaarden voldaan is:

1° de verkoop vindt plaats met een menslievend, sociaal, cultureel, educatief, sportief doel of met als doel de verdediging en promotie van de natuur, de dierenwereld, een ambacht of streekproducten, of bij een humanitaire catastrofe, een ramp of belangrijke schade;

2° de verkoop blijft occasioneel;

3° de burgemeester heeft vooraf toestemming verleend.

 

§ 2. Een marktregister wordt aangelegd.

Overeenkomstig het bestuursdecreet van 7 december 2018 kan dit marktregister steeds geraadpleegd worden.

 

§ 3. Wanneer een standplaats die per abonnement toegewezen wordt, vrijkomt, gaat de gemeente na of er een geschikte kandidaat is in het marktregister. Als het register geen geschikte kandidaat bevat, zullen de vrij gekomen standplaatsen bekend gemaakt worden via de website van de gemeente.

 

Kandidaturen worden per aangetekende zending gericht aan de gemeente. 

Alle kandidaturen worden naargelang hun ontvangst chronologisch bijgehouden in het marktregister.

De kandidaturen blijven geldig zolang ze niet werden nagekomen of ingetrokken door hun auteur.

 

Standplaatsen worden toegewezen volgens chronologische volgorde van indiening van de kandidaturen. Als twee of meer aanvragen gelijktijdig ingediend worden, wordt de volgorde van toewijzing bij loting bepaald.

 

De toewijzing van de standplaats wordt bekend aan de aanvrager bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.

 

§ 4. Het systeem van abonnementen wordt ingevoerd voor 95% van de standplaatsen.

 

Abonnementen worden toegekend voor een duur van 3 maanden. Na verloop ervan worden zij stilzwijgend verlengd.

 

De houder van een abonnement kan bij de vervaldag van het abonnement hiervan afstand doen mits een opzegtermijn van tenminste 30 dagen. Hij kan er ook afstand van doen mits eenzelfde opzegtermijn bij stopzetting, naar gelang het geval, van de ambulante activiteiten als natuurlijke persoon of als rechtspersoon voor wiens rekening hij de activiteit uitoefent. Hij kan ook, zonder vooropzeg, van het abonnement afstand doen, indien hij definitief ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen, hetzij in geval van ziekte of ongeval op grond van een medisch attest, hetzij in geval van overmacht op een verantwoorde wijze aangetoond.

De rechthebbenden van de natuurlijke persoon die voor eigen rekening zijn activiteit uitoefent kunnen bij zijn overlijden, zonder vooropzeg afstand doen van het abonnement waarvan hij de houder was.

 

§ 5. De standplaatsen die niet het voorwerp zijn van een abonnement, zijnde 5% voor losse deelnemers, worden verdeeld bij chronologische volgorde van aankomst op de markt. Wanneer de volgorde van aankomst op de markt tussen twee of meerdere kandidaten niet kan uitgemaakt worden, gebeurt de toekenning van de standplaats bij loting.

Eenzelfde deelnemer mag maximaal 10 maal per jaar een losse standplaats innemen.

 

 

§ 6. De standplaatsen kunnen worden ingenomen:

1° door de natuurlijk persoon, houder van een "machtiging als werkgever", aan wie de standplaats is toegewezen;

2° door de verantwoordelijke(n) van het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de standplaats is toegewezen, houder(s) van een "machtiging als werkgever";

3° door de feitelijke venno(o)t(en) van de natuurlijk persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houders van een "machtiging als werkgever" voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening;

4° door de echtgeno(o)t(e) en wettelijk samenwonende van de natuurlijk persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houder van een "machtiging als werkgever" voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening;

5° door de personen die beschikken over een "machtiging als aangestelde A" of een "machtiging als aangestelde B", die een ambulante activiteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de natuurlijk persoon of rechtspersoon bedoeld in 1° tot en met 4°.

 

De personen opgesomd in het eerste lid, 2° tot 5°, kunnen de standplaatsen innemen, toegewezen aan de natuurlijk persoon of rechtspersoon voor wiens rekening of in wiens dienst zij de activiteit uitoefenen, buiten de aanwezigheid van de persoon aan wie of door middel van wie de standplaats werd toegewezen.

 

De personen die verkopen realiseren zonder commercieel karakter binnen het kader van de acties bedoeld in artikel 8.11. § 1, kunnen een standplaats innemen, toegewezen aan de verantwoordelijke van de actie. Desgevallend kunnen zij deze innemen buiten de aanwezigheid van deze.

 

 

Art. 8.12. De overdracht van standplaatsen met abonnement is toegelaten als de overnemer houder is van een machtiging tot het uitoefenen van ambulante activiteiten als werkgever en de specialisatie van de overlater voortzet op de overgedragen standplaats.

Binnen het eerste jaar na de overdracht kan een standplaats niet opnieuw worden overgedragen, behalve na de expliciete goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.

De inname van de overgedragen standplaatsen door de overnemer is pas toegelaten als de gemeente heeft vastgesteld dat de overnemer beschikt over een machtiging tot het uitoefenen van ambulante activiteiten om dezelfde specialisaties als de overlater of de specialisaties die toegelaten zijn door de gemeente, uit te oefenen.

 

Art. 8.13. De marktkramers mogen zich niet verzetten tegen de controle van de bevoegde ambtenaren die moeten waken over de marktpraktijken en consumentenbescherming.

 

Art. 8.14. Het college van burgemeester en schepenen mag de toegang tot de markt tijdelijk of definitief verbieden aan de marktkramers die wegens overtreding van titel VI van het Wetboek van economisch recht gestraft werden.

 

Art. 8.15. Het is verboden de vrijheid van de verkoop te hinderen of de orde te storen op welke wijze ook.

Het is de marktkramers verboden het publiek lastig te vallen of aan te klampen.

Zonder de toelating van de marktleider is het verboden gebruik te maken van geluidsversterking.

 

Art. 8.16. Het is verboden verwarmingstoestellen te gebruiken die niet voldoen aan alle veiligheidsnormen of die schadelijke gassen of rook verspreiden.

Voor de afkoeling, verwarming of gelijk welk ander doeleinde is het verboden ontploffingsmotoren te gebruiken. Marktkramers die elektrische stroom afnemen van de ter beschikking gestelde laagspanningsverdeelborden, moeten een proces-verbaal van overeenkomst van hun elektrische installatie kunnen voorleggen. Dit proces-verbaal, opgesteld overeenkomstig het art. 270 en 271 van het Algemeen Reglement op de Electrische Installatie (AREI), wordt afgeleverd door een erkend organisme en mag ten hoogste 13 maanden oud zijn.

 

Art. 8.17. Het is verboden het openbaar domein, het wegdek of de trottoirs te beschadigen. De marktkramer zal aansprakelijk gesteld worden voor de door hem aangebrachte schade.

 

Art. 8.18. Het perceel van een toevallig afwezige marktkramer mag niet ingenomen worden door derden, zonder toelating van de marktleider en met dien verstande dat deze tijdelijke toelating geen definitief recht geeft op de ingenomen plaats.

 

Art. 8.19. De marktkramers dienen in regel te zijn met en zich te schikken naar alle wetten, besluiten, reglementen en voorschriften wat betreft hun handel.

 

Art. 8.20. De gemeente gebruikt uitsluitend het Nederlands in haar contacten met de marktkramers.

Op de particulieren, bedrijven inbegrepen, die conform huidig reglement een standplaats uitbaten op één van de gemeentelijke openbare markten, is artikel 3 van het decreet van 30 juni 1981 (houdende aanvulling van de artikelen 12 en 33 van de bij Koninklijk Besluit van 18 juli 1966 gecoördineerde wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken wat betreft het gebruik van de talen in de betrekkingen tussen de bestuursdiensten van het Nederlands Taalgebied en de Particulieren) van toepassing: zij gebruiken uitsluitend het Nederlands in hun betrekking met de gemeente.

 

Art. 8.21. Een brandblusapparaat dient aanwezig te zijn op de standplaats van de marktkramers, ongeacht hij gebruik maakt van een wagen of van een kraam. Het type is een A.B.C.-toestel van 6 kg. Op advies van de brandweer kan het college van burgemeester en schepenen een ander type opleggen.

 

Art. 8.22. Voor het gebruik van elektriciteit zal door de marktkramer met abonnement een vergoeding dienen betaald te worden. De marktleider duidt dit aan op de lijst die hij aan de financieel directeur van de gemeente overhandigt.

De marktkramer zal de normen die de elektriciteitsmaatschappij oplegt, dienen te respecteren. Hij ontvangt hiervan samen met zijn vergunning een kopie.

 

Art. 8.23

De vergoeding voor elektriciteit voor vaste abonnementen is verschuldigd vanaf het ogenblik van de toekenning van de standplaats. De marktkramer betaalt  per overschrijving betalen. Dit gebeurt dan per drie maand.

 

De marktkramer die op verzoek van de marktleider het vereiste bewijs niet wil of kan vertonen, wordt beschouwd als niet in regel. Hij zal onmiddellijk de vergoeding voor elektriciteit dienen te betalen.

 

Art. 8.24. De houder van een abonnement kan het abonnement opschorten voor een voorziene periode van tenminste een maand wanneer hij ongeschikt is zijn activiteit uit te oefenen, hetzij door ziekte of ongeval, op grond van een medisch attest hetzij in geval van overmacht op een verantwoorde wijze aangetoond.

De opschorting gaat in de dag waarop de gemeente op de hoogte gebracht wordt van de ongeschiktheid en houdt op ten laatste vijf dagen na de melding van het hernemen van de activiteiten. Na afloop van de opschorting krijgt de houder van het abonnement zijn standplaats terug.

De opschorting van het abonnement impliceert de opschorting van de wederzijdse verplichtingen die uit het contract voortkomen.

 

Aan de marktkramer die gedurende vier opeenvolgende markten afwezig is zonder vooraf of tijdens de eerste week van zijn afwezigheid de marktleider daarvan kennis te hebben gegeven, kan zijn abonnement door het college van burgemeester en schepenen geschorst of ingetrokken zien worden.

 

Art. 8.25. In geval van betwisting dient de vergoeding voor de elektriciteit betaald te worden. De belanghebbenden kunnen beroep aantekenen bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Art. 8.26. De marktkramers gebruiken in hun schriftelijke communicatie enkel het Nederlands. In de mondelinge communicatie wordt steeds het Nederlands als eerste taal gebruikt. De marktkramers werken mee aan initiatieven van de gemeente om het leren en gebruiken van het Nederlands te bevorderen.

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Goedkeuring huishoudelijk reglement Gecoro.

 

 

Motivering:

Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening art. 1.3.3 en 1.3.4;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000, tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale [, intergemeentelijke (verv. BVR 7 september 2018, art. 1, I: 1 januari 2019)] en gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 11 oktober 2013;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art. :Het huishoudelijk reglement van de Gemeentelijke Commissie Ruimtelijke Ordening (Gecoro) wordt goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Aanpassing paragraaf concessieovereenkomsten Natuurpunt.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Gelet op de vijf concessieovereenkomsten met Natuurpunt Beheer vzw voor percelen die ecologisch waardevol zijn, in bijlage 1 het overzicht en in bijlage 2 de overeenkomsten;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2017 betreffende de natuurbeheerplannen en de erkenning van natuurreservaten waardoor de huur-, erfpacht en beheerovereenkomsten geconformeerd dienen te worden aan deze nieuwe wetgeving;

Overwegende dat de clausule "Natuurpunt verbindt er zich toe het in concessie gegeven goed uit te baten als natuurreservaat. Daartoe zal Natuurpunt de erkenning aanvragen als natuurreservaat en zal een beheerscommissie worden samengesteld." vervangen dient te worden door: "De eigenaar geeft toelating aan de huurder/erfpachter/beheerder, met name Natuurpunt Beheer vzw, Coxiestraat 11, 2800 Mechelen, om de gronden te laten erkennen als natuurreservaat overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. Conform artikel 16quater decies, §2 van het voormelde decreet wordt op deze gronden een publiekrechtelijke erfdienstbaarheid gevestigd. Deze luidt als volgt: De erkenning als natuurreservaat vestigt een erfdienstbaarheid tot algemeen nut op het terrein, meer bepaald een publiekrechtelijke erfdienstbaarheid van duurzaam gebruik en langdurig beheer van het terrein als natuurreservaat."

 

Gelet op de kadastrale situatie die veranderd is voor het perceel waarover de concessieovereenkomst van 25/04/2006 (Kerremansbos) gaat, waardoor de overeenkomst die betrekking had op "een deel van het perceel kadastraal gekend: 6de afd. sectie C nr. 35y" wordt aangepast naar: "een deel van het perceel kadastraal gekend: 6de afd. sectie C nr. 35A2", zie bijlage 1.

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art.:Het toevoegen van de clausule als addenda aan de vijf bestaande concessieovereenkomsten met Natuurpunt Beheer vzw wordt goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Nieuwe concessieovereenkomsten Natuurpunt.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Gelet op de kosteloze overdracht van de percelen kadastraal gekend Asse, 1ste afd. sectie G nr. 118b en Essene, 2de afd. sectie B nr. 439a, recepectievelijk 63a25ca en 56a70ca groot, van het OCMW aan de gemeente, beslist door het Vast bureau in zitting van 29 juli 2019 en goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 16 september 2019;

Gelet op het huidige huurcontract tussen het OCMW en Natuurpunt Beheer vzw;

Gelet op de vijf concessieovereenkomsten met Natuurpunt Beheer vzw voor percelen die ecologisch waardevol zijn;

Gelet op de voorgestelde concessieovereenkomsten met Natuurpunt Beheer vzw,  Coxiestraat 11 te 2800 Mechelen met betrekking tot de onroerende goederen gelegen te Asse 1ste afd. sectie G nr. 118b en Essene 2de afd. sectie B nr. 439a, zie bijlages;

Overwegende dat het afsluiten van een concessieovereenkomst met een natuurvereniging aangewezen is om een ecologisch verantwoord beheer van de  natuurgebieden te waarborgen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art.:De concessieovereenkomsten tussen de gemeente en Natuurpunt Beheer vzw, Coxiestraat 11 te 2800 Mechelen met betrekking tot de

onroerende goederen gelegen te Asse 1ste afd. sectie G nr. 118b en

Essene 2de afd. sectie B nr. 439a worden goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Samenwerkingsovereenkomst met Kringloopcentrum vzw Televil.

 

 

Motivering:

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

 

Gelet op het Materialendecreet van 23 december 2011, in het bijzonder artikel 3 § 15;

 

Gelet op het Vlarema, in het bijzonder artikel 5.1.7;

 

Gelet op het Uitvoeringsplan voor huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval van 16 september 2016;

 

Gelet op de huidige samenwerkingsovereenkomst met de vzw's Televil en Pluspunt zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 15 december 2003;

 

Gelet op het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Asse en het kringloopcentrum vzw Televil;

 

Overwegende dat hergebruik van afvalstoffen de tweede prioriteit is - na de voorkoming van afvalstoffen - in de hiërarchie van het afvalstoffenbeheer;

 

Overwegende dat kringloopcentra zorgen voor de inzameling, de sortering en de verkoop van herbruikbare goederen waardoor producten langer mee gaan en ze minder snel op de afvalberg belanden.

 

Overwegende dat de kringloopsector in Vlaanderen een sterk netwerk is dat werk op maat van kwetsbare doelgroepen combineert met een belangrijke milieumeerwaarde;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art.:De samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente en kringloopcentrum vzw Televil wordt goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Project Unizak: Invoering van een uniforme restafvalzak en GFT-zak in de 19 gemeenten.

 

 

Motivering:

 

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017; meer bepaald artikelen 40 en 41, dat de bevoegdheden van de gemeenteraad bepaalt;

 

Gelet op de toetreding van de gemeente Asse bij de intercommunale Intradura, die opgericht werd op 27 april 2017;

Gelet dat Intradura een intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging is;

 

Gelet dat Intradura als opdrachthoudende vereniging, een samenwerkingsverband is met beheersoverdracht, waaronder wordt verstaan het toevertrouwen door de deelnemende gemeenten aan het samenwerkingsverband van de uitvoering van de door hen genomen beslissingen in het kader van zijn doelstellingen, in die zin dat de gemeenten zich het recht ontzeggen zelfstandig of met derden dezelfde opdracht uit te voeren;

 

Gelet dat de gemeentelijke deelnemers beslissen over de beheersoverdracht overeenkomstig de statuten van het samenwerkingsverband;

 

Gelet op het schrijven van 17 oktober 2019 waarbij Intradura de gemeente verzoekt deel te nemen aan de invoering van de uniforme restafvalzak en GFT-zak;

 

 

Gelet op het besluit van 25 november 2019 van het college van burgemeester en schepenen waarbij de invoering van de uniforme restafvalzak en GFT-zak samen met de lancering van de P+MD-zak in het voorjaar 2021 goedgekeurd werd;

 

Overwegende dat overeenkomstig artikel 4 van de statuten de beheersoverdracht minstens de uitvoering van volgende opdrachten moet omvatten:

-Preventie & Duurzaamheid;

-Huis-aan-huisophaling van restafval;

-Huis-aan-huisophaling van papier en karton;

-Huis-aan-huisophaling van PMD;

-Inzameling van glas;

-Verwerking restafval;

-Verwerking grofvuil;

-Verwerking Fost Plus fracties (papier & karton, PMD, glas);

-Samenaankoop afvalrecipiënten (zakken, glasbollen, containers, …);

 

Overwegende dat er wordt voorgesteld om in te stappen in het concept “UNIFORME ZAK’ ten voordele van de lokale besturen en de inwoners, zijnde:

De realisatie van de OVAM-doelstellingen, beschreven in het memorandum van lntradura en in het ondernemingsplan.  Vanuit dit oogpunt is de prijszetting op 2€/zak voor een restafvalzak van 60l een minimum;

ln 2021 gaat een nieuwe wetgeving van kracht (wijziging 7 van het Vlarema) die stelt dat een restafvalzak 80% recyclaat moet bevatten waarvan 50% gerecycleerde post consumer kunststoffen.  Vanaf 2025 dient de restafvalzak uit 100% recyclaat te bestaan.

Deze wetgeving zal tot gevolg hebben dat de technische specificaties van de huidige restafvalzak sowieso dient herbekeken te worden en mogelijks de kleur van de zak dient aangepast te worden naar de technische beschikbare mogelijkheden.  De voorgestelde uniforme restafvalzak beantwoordt aan deze wetgeving;

lntradura verzekert een hoge kwaliteitsgraad van de uniforme zak;

Kostefficiëntie ten voordele van de vennoten door toepassing van de schaalgrootte van lntradura bij de aanbesteding;

ln2021 zal de P+MD-zak uitgerold worden in het werkingsgebied waardoor er een aanzienlijke verschuiving van volume van de restafvalzak naar de P+MD-zak zal plaatsvinden.  Inwoners zullen daardoor eerder kiezen voor kleinere restafvalzakken en de inkomsten van de restafvalzak zullen dalen;

De uitvoering van deze uniforme zakken zal volledig door lntradura gedragen worden en betekent een extra dienstverlening met voordelen voor de gemeente, haar inwoners alsook de verkooppunten.  En dit op vlak van bijvoorbeeld ontzorging, eenduidige en eenvoudige communicatie, schaalvoordeel en slagkracht, minder afvaltoerisme, minder stockage, meer beschikbaarheid van de verkooppunten;

De uniforme zak versterkt de (h)erkenning van lntradura als referentie in een gemeenschappelijk afvalbeleid en dienstverlening.

 

Overwegende dat in het kader van de bevoegdheden van de gemeenteraad bepaald in het decreet lokaal het opportuun zou zijn om de bepaling van de invoering van de prijszetting vast te leggen op het moment dat de uniforme restafval- en gft-zak samen met de P+MD-zak gelanceerd worden, in het voorjaar 2021;

 

Overwegende de vooropgestelde verkoopprijzen:

Restafvalzakken 60l: 2,00€/zak;30l: 1,00€/zak15l: 0,50€/zak

GFT-zakken 60l: 1,00€/zak;30l: 0,50€/zak15l: 0,25€/zak

 

 

Besluit: Met 18 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt en Orhan Sahin), 10 nee-stemmen (Willy Michiels, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Erik Beunckens, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Johan Berben, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop), 3 onthoudingen (Edward Van Keer, Finke Jacobs en Caroline Robberechts)

 

Art. 1 -De invoering van de uniforme restafvalzak en GFT-zak samen met de lancering van de P+MD-zak in het voorjaar 2021 wordt goedgekeurd.

 

Art. 2 -Het College van Burgemeester en Schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Intergemeentelijke Natuur- en Landschapsploegen - verlenging van de deelname aan het project in de periode 2020-2025.

 

 

Motivering:

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

 

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 16 december 2013 , houdende goedkeuring van de Samenwerkingsovereenkomst 2014-2015 tussen de provincie Vlaams-Brabant, de gemeenten en Pro Natura v.z.w.. in het kader van de verduurzaming van het project ‘Intergemeentelijke Natuur- & Landschapsploegen’;

 

Overwegende dat deze samenwerkingsovereenkomst verlengd werd voor respectievelijk 2016, 2017 en 2018-2019 en nog loopt tot 31 december 2019;

 

Overwegende dat de provincie Vlaams-Brabant een opvolging voorziet voor deze samenwerkingsovereenkomst voor de periode 2020-2025;

 

Overwegende dat de nieuwe samenwerkingsovereenkomst algemeen de uitvoering van gemeentelijke natuurprojecten door middel van sociale tewerkstelling tot doel heeft;

 

Overwegende dat in deze samenwerkingsovereenkomst de Intergemeentelijke Natuur- en landschapsploegen als sterk instrument worden beschouwd voor het realiseren van een klimaatbestendig en biodivers landschap via versterking van robuuste groen-blauwe netwerken in de open ruimte en een groen-blauwe dooradering tot in de bebouwde ruimte;

 

Overwegende dat via deze samenwerkingsovereenkomst jaarlijks een vooraf afgesproken actieprogramma uitgevoerd wordt op basis van een gegarandeerd urenpakket;

 

 

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1 -Het project ‘Intergemeentelijke Natuur- en Landschapsploegen ‘ wordt verlengd voor de periode 2020-2025.

 

Art. 2 -De gemeente neemt deel aan de Intergemeentelijke Natuur- en Landschapsploegen met 4350 uren (min. 725 uren) waarbij 1450 uren = 1 VTE, met als kostprijs een maximale bijdrage (excl. BTW) van:

34.210 euro per VTE voor 2020

35.578 euro per VTE voor 2021

37.002 euro per VTE voor 2022

38.482 euro per VTE voor 2023

40.021 euro per VTE voor 2024

41.622 euro per VTE voor 2025.

 

Art. 3 -De nodige kredieten worden voorzien in de begroting:

2020: Een totaalbedrag van € 116.485,05 incl. BTW.

2021: Een totaalbedrag van € 121.143,09 incl. BTW.

2022: Een totaalbedrag van € 125.991,81 incl. BTW.

2023: Een totaalbedrag van € 131.031,21 incl. BTW.

2024: Een totaalbedrag van € 136.271,51 incl. BTW.

2025: Een totaalbedrag van € 141.722,91 incl. BTW.

Het gemeentebestuur ontvangt een subsidie ten belope van

€ 15.750,00 per jaar voor werken met MINA-werkers (onder voorbehoud van goedkeuring door minister).

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Overeenkomsten tussen Fluvius en het gemeentebestuur voor de aankoop van 2 CNG (Compressed Natural Gas voertuigen): goedkeuring.

 

 

Motivering:

Overwegende dat de vrachtwagen MAN met nummerplaat SHP 894 (bouwjaar 1999) en de vrachtwagen DAF met nummerplaat DFJ 564 (bouwjaar 1987) aan vervanging toe zijn;

Overwegende dat de dienst Openbare Werken voorstelt om, gelet op de gemeentelijke voorbeeldfunctie op vlak van duurzame mobiliteit in het kader van het klimaatactieplan, ter vervanging van deze vrachtwagens 2 duurzame voertuigen aan te kopen;

Overwegende dat het gemeentebestuur in het kader van het uitbouwen van duurzame mobiliteit een beroep op Fluvius kan doen, die als opdrachtencentrale de gemeente kan ondersteunen voor aankoop van deze 2 CNG vrachtwagens;

Overwegende dat de gemeente derhalve aan Fluvius de opdracht geeft om in haar naam en voor haar rekening onderstaande activiteiten te organiseren, de hiervoor noodzakelijke overheidsopdrachten uit te schrijven, te gunnen en toe te wijzen aan opdrachtnemers of leveranciers nl.

•1 x CNG - vrachtwagen met opbouw (kraan en kiepbak) MTM:19 ton

(referentie contract ASSE-G-LC-19-19-502)

 

•1 x CNG - vrachtwagen met opbouw (kraan en kiepbak) MTM: 26 ton

(referentie contract ASSE- G -LC-19-19-503)

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget 2019

        GEM/24300000/0984-00, actie 3/1/1/3

        GEM/24300000/0200-00, actie 3/12/1/3

        GEM/24300000/0200-00, actie 3/12/1/5

Overwegende dat het budget dient verhoogd bij eerstvolgende budgetwijziging;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten inzonderheid artikel 2,4° en 15;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 41;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig artikel: De overeenkomsten tussen Fluvius en het gemeentebestuur voor de aankoop van 2 CNG (Compressed Natural Gas) duurzame voertuigen met referentie ASSE--G-LC-19-19-502 en ASSE-G-LC-19-19-503 worden goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Studieopdracht Rondweg Asse - Goedkeuring samenwerkingsovereenkomst Vlaamse Gewest (AWV) - TMVW - gemeente Asse - INFRABEL, lastvoorwaarden en raming.

 

 

Motivering:

Overwegende dat binnen het kader van het project 'Rondweg', een nieuwe gewestweg, zowel het Vlaamse Gewest, TMVW, gemeente Asse als INFRABEL diensten wensen uit te voeren;

Overwegende dat het Vlaamse Gewest, TMVW, gemeente Asse en INFRABEL beslissen om de opdracht in het algemeen belang samen te voegen en het Vlaamse Gewest aan te duiden om in hun gezamenlijke naam bij de gunning en de uitvoering van de opdracht als aanbestedende overheid op te treden;

Overwegende dat het daarom wenselijk is om een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten;

Overwegende dat het aandeel van de gemeente Asse wordt geraamd op € 28.938,31 excl. btw of € 35.015,36 incl. btw;

Overwegende dat in het kader van de opdracht 'Rondweg Asse: ontwerp - MER - uitvoering' een bestek met ref. 1M3D8F/19/65 werd opgesteld door het Vlaamse Gewest;

Overwgende dat voorgesteld wordt om goedkeuring te verlenen aan:

1)    de samenwerkingsovereenkomst tussen het Vlaamse Gewest (AWV), TMVW, gemeente Asse en INFRABEL m.b.t. de studieopdracht Rondweg Asse;

2)    het bestek 'Rondweg Asse: ontwerp - MER - uitvoering' met ref. 1M3D8F/19/65, opgesteld door het Vlaamse Gewest;

3)    de raming van het aandeel van de gemeente Asse ten bedrage van € 28.938,31 excl. btw of € 35.015,36 incl. btw.

Overwegende dat het een gezamenlijke opdracht betreft waarbij het aangewezen is dat het Vlaamse Gewest (AWV) de procedure zal voeren en in naam van TMVW, gemeente Asse en INFRABEL zal optreden als aanbestedende overheid bij de gunning en de uitvoering van de opdracht;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 36, en inzonderheid artikels 2, 36° en 48 die een gezamenlijke realisatie van de opdracht in naam en voor rekening van meerdere aanbesteders toelaat;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

 

Besluit: Met 22 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Orhan Sahin, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck en Johan Berben), 8 nee-stemmen (Willy Michiels, Erik Beunckens, Edward Van Keer, Finke Jacobs, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt, Chris De Knop en Caroline Robberechts)

 

Art. 1:De samenwerkingsovereenkomst tussen het Vlaamse Gewest (AWV), TMVW, gemeente Asse en INFRABEL m.b.t. de studieopdracht Rondweg Asse wordt goedgekeurd.

Art. 2:Het bestek 'Rondweg Asse: ontwerp - MER - uitvoering' met ref. 1M3D8F/19/65, opgesteld door het Vlaamse Gewest, wordt goedgekeurd.

Art. 3:De raming van het aandeel van de gemeente Asse ten bedrage van € 28.938,31 excl. btw of € 35.015,36 incl. btw wordt goedgekeurd

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Aankoop 4 veegwagens - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.

 

 

Motivering:

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in 2 5-03-035 WLCA - Reinigingsdienst - aankoop veegmachines Ophalen en verwerken van huishoudelijk afval Rollend materieel - gemeenschapsgoederen: € 133 100,00;

Overwegende dat het voorziene krediet zal verhoogd worden bij de volgende budgetwijziging;

Overwegende dat in het kader van de opdracht “Aankoop 4 veegwagens” een bestek met nr. 2019/327 werd opgesteld door de dienst Openbare Werken;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 292.000,00 excl. btw of € 361.720,00 incl. btw;

Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure;

Overwegende dat deze raming de limieten van de Europese bekendmaking overschrijdt;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 36;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1 -Goedkeuring wordt verleend aan het bestek met nr. 2019/327 en de raming voor de opdracht “Aankoop 4 veegwagens”, opgesteld door de dienst Openbare Werken. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 292.000,00 excl. btw of € 361.720,00 incl. btw.

Art. 2 -Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.

Art. 3 -De opdracht zal Europees bekend gemaakt worden.

Art. 4 -De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Concessie gemeente Asse bovengronds en ondergronds parkeren  - verlenging.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 40 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op addendum 4 aan de overeenkomst parkeerconcessie gemeente Asse: bovengronds en ondergronds parkeren;

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 26 juni 2017 houdende goedkeuring addendum 4 aan de overeenkomst parkeerconcessie gemeente Asse: bovengronds en ondergronds parkeren;

Gelet op de gemeenteraadsbelissing d.d 20 mei 2019 houdende verlenging van de parkeerconcessie met 6 maanden (tot 31 december 2019);

Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 2 december 2019;

Overwegende dat de concessieovereenkomst (beheer en exploitatie bovengrondse en ondergrondse parkeerinfrastructuur) met de huidige concessionaris NV Parkeren Asse afloopt op 31 december 2019;

Overwegende dat conform artikel 1 van het addendum 4 aan de overeenkomst parkeerconcessie gemeente Asse: bovengronds en ondergronds parkeren de gemeente deze overeenkomst telkenmale met 6 maanden kan verlengen, zonder dat de totale duur van de overeenkomst meer mag bedragen dan de duur, vermeld in artikel 9.1.1 van de Overeenkomst (30 jaar);

Overwegende dat er voorgesteld wordt om de overeenkomst parkeerconcessie gemeente Asse: bovengronds en ondergronds parkeren met 6 maanden te verlengen (marktbevraging organiseren => nieuwe concessionaris);

 

 

Besluit: Met 26 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Edward Van Keer, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben en Caroline Robberechts), 5 onthoudingen (Willy Michiels, Erik Beunckens, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop)

 

Enig art. :Het verlengen (met zes maanden) van de overeenkomst 'Parkeerconcessie gemeente Asse bovengronds en ondergronds parkeren' wordt goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Bevragingsdocument toekenning van een concessie of gelijkaardig recht aan een private partij met als doel het beheer en de exploitatie- op eigen risico en eigen kosten van de concessienemer- van de openbare bovengrondse en ondergrondse betalende parkeerinfrastructuur op het grondgebied van de gemeente Asse - goedkeuring.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet over het Lokaal Bestuur;

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 20 mei 2019;

Gelet op het bevragingsdocument voor de toekenning van een concessie of gelijkaardig recht aan een private partij met als doel het beheer en de exploitatie- op eigen risico en eigen kosten van de concessienemer- van de openbare bovengrondse en ondergrondse parkeerinfrastructuur op het grondgebied van de gemeente Asse opgesteld door de dienst Mobiliteit;

Overwegende dat de het bestuur er voor opteert om de markt te bevragen teneinde een nieuwe concessienemer aan te duiden voor het beheer en de exploitatie van de openbare bovengrondse en ondergrondse parkeerinfrastructuur op het grondgebied van de gemeente Asse;

Overwegende dat  het beheer en exploitatie van bovengrondse en ondergrondse parkeerinfrastructuur niet onder de wetgeving overheidsopdrachten valt doch om de mededinging, transparentie en gelijkheidsbeginsel maximaal te waarborgen wordt deze opdracht gevoerd conform de plaatsingsprocedure de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking en wordt deze opdracht bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau;

 

 

Besluit: Met 23 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck en Johan Berben), 4 nee-stemmen (Willy Michiels, Erik Beunckens, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop), 4 onthoudingen (Edward Van Keer, Finke Jacobs, Theo Hamers en Caroline Robberechts)

 

 

Art. 1 -Het bevragingsdocument voor de toekenning van een concessie of gelijkaardig recht aan een private partij met als doel het beheer en de exploitatie- op eigen risico en eigen kosten van de concessienemer- van de openbare bovengrondse en ondergrondse betalende parkeerinfrastructuur op het grondgebied van de gemeente Asse, opgemaakt door de dienst Mobiliteit, wordt goedgekeurd.

 

Art. 2 -De opdracht wordt bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Aanpassing prijzen identiteitsdocumenten.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet lokaal bestuur dat bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het vaststellen van de gemeentelijke belastingen en retributies;

 

Gelet op het Ministerieel besluit van 28/10/2019 (BS 08/11/2019) betreffende de tarieven van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten, de Kids-ID's en kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen;

 

Gelet op het schrijven van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Instellingen en Bevolking d.d. 5/11/2019 i.v.m. de vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten, de Kids-ID's en kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen;

 

Overwegende dat de tarieven die aan de burger worden aangerekend bestaan uit 2 componenten: de bovengenoemde vergoeding die het gemeentebestuur betaalt en het aandeel dat de gemeente zelf aanrekent;

 

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1 -De tarieven voor de identiteitsdocumenten zoals in bijlage worden goedgekeurd.

 

Art. 2 -De tarieven treden in voege vanaf 1/1/2020.

 

Art. 3 -Artikel 2.3.1 en artikel 2.3.2 van het belastingsreglement op het afgeven van administratieve stukken worden aangepast zoals voorgesteld.

 

Art. 4 -Dit reglement wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Belasting op de begraving van al dan niet veraste stoffelijke overblijfselen, de uitstrooiing van veraste overblijfselen en de bijzetting van veraste stoffelijke overblijfselen in een columbarium.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 173 van de Grondwet;

Gelet op het decreet Lokaal Bestuur, inzonderheid de artikelen 40 en 41;

Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en latere wijzigingen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

Gelet op de collegebeslissing d.d. 4/12/2017 inzake het voorstel tot aanpassing van het "Reglement op de begraafplaatsen";

Overwegende dat krachtens artikel 2, vijfde lid van het decreet van 16 januari 2004 de begraving van een stoffelijk overschot of de begraving van een asurn, de bijzetting ervan in een columbarium of de uitstrooiing van de as op de gemeentelijke begraafplaats kosteloos is voor de personen die ingeschreven zijn in de bevolkingsregisters, het vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente; Overwegende dat het aangewezen is dat personen vreemd aan de gemeente zoveel mogelijk buiten de gemeente worden begraven;

Overwegende dat regelmatig niet-inwoners wensen begraven te worden op een gemeentelijke begraafplaats;

Overwegende dat bij de lijkbezorging een beroep dient te worden gedaan op gemeentepersoneel;

Overwegende dat dit voor de gemeente zware lasten met zich meebrengt; Overwegende dat sommige inwoners de gemeente voor verzorging of wegens ouderdom, ziekte of handicap verlaten en hun intrek hebben genomen buiten de gemeente in een instelling of bij een kind of bloedverwant;

Overwegende dat vele van die ex-inwoners een zeer nauwe band met de gemeente blijven hebben;

Overwegende dat het derhalve billijk is dat ze worden gelijkgeschakeld met inwoners;

Overwegende dat de gehuchten "Mollem", "Bosbeek", "Brussegem" en "Bollebeek" van de gemeente Merchtem hoofdzakelijk zijn afgestemd op de gemeente Asse;

Overwegende dat deze gehuchten overeenstemmen met de gelijknamige parochies;

Overwegende dat de inwoners van deze gehuchten zich op economisch, religieus, sociaal en cultureel gebied voornamelijk oriënteren op de gemeente Asse; Overwegende dat de inwoners van deze gehuchten een zeer nauwe band met de gemeente Asse hebben;

Overwegende dat de inwoners van de bovenvermelde gehuchten in het verleden steeds begraven werden op de gemeentelijke begraafplaatsen van de gemeente Asse;

Overwegende dat het derhalve billijk is dat deze situatie behouden blijft en dat de inwoners van de bovenvermelde gehuchten worden gelijkgeschakeld met inwoners van de gemeente Asse;

Overwegende dat kinderen van gescheiden ouders slechts ingeschreven kunnen worden bij één van de ouders en het derhalve wenselijk is dat indien één van de ouders een inwoner is, het minderjarige kind eveneens wordt beschouwd als inwoner, ook als het ingeschreven is bij de andere ouder/niet-inwoner; Overwegende dat, om elke discriminatie op grond van filosofische of godsdienstige overtuigingen te voorkomen, de aanslagvoet per overledene dezelfde moet zijn, ongeacht de wijze van lijkbezorging en de voor de gekozen wijze vereiste oppervlakte;

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1.- Met ingang van 1 januari 2020 en voor een termijn eindigend op 31              december 2025 wordt een gemeentebelasting gevestigd op:

de begraving van al dan niet veraste stoffelijke overblijfselen op een gemeentelijke begraafplaats;

de uitstrooiing van veraste stoffelijke overblijfselen op de strooiweide van een gemeentelijke begraafplaats; de bijzetting van veraste stoffelijke overblijfselen in een columbarium van een gemeentelijke begraafplaats.

de begraving van veraste stoffelijke overblijfselen in een urnenveld van een gemeentelijke begraafplaats.

 

Art. 2.§ 1. De belasting is niet van toepassing op de begraving, uitstrooiing of bijzetting van al dan niet veraste stoffelijke overblijfselen van personen die ingeschreven zijn in de bevolkingsregisters, het vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente.

§ 2. Voor wat de toepassing van de vorige paragraaf betreft, worden de personen die de gemeente effectief bewonen, maar krachtens wettelijke bepalingen of internationale overeenkomsten van de inschrijving in de bevolkingsregisters, het vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente zijn vrijgesteld, gelijkgesteld met personen ingeschreven in deze registers.

§ 3. Met de personen vermeld in paragraaf 1 worden gelijkgeschakeld de minderjarige kinderen waarvan één van de ouders of wettelijke voogden ingeschreven is in het bevolkingsregister, het vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente.

 

Art. 3.-De belasting is verschuldigd door de persoon die de begraving, de uitstrooiing of de bijzetting in een columbarium aanvraagt.

 

Art. 4.-De belasting wordt vastgesteld op 312,71 euro per begraving, uitstrooiing of bijzetting in een columbarium.

 

Art. 5.- Zijn van de belasting vrijgesteld, de begraving, de uitstrooiing en de bijzetting in een columbarium van de stoffelijke overblijfselen van:

- personen die:

- in Asse woonden en aansluitend voor verzorging of wegens ouderdom, ziekte of handicap hun intrek genomen hebben buiten de gemeente in een instelling of bij een kind of bloedverwant tot en met de tweede graad op voorwaarde dat zijn domicilie daar gevestigd bleef tot op het moment van zijn overlijden.

- de laatste 30 jaar voorafgaand aan hun overlijden minimum 20 jaar in de gemeente Asse hebben gewoond.

- personen die inhet gehucht "Bollebeek", "Bosbeek", "Brussegem" of "Mollem op het grondgebied van de gemeente Merchtem wonen.

 

Art. 6 -De belasting wordt contant ingevorderd, tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke aan contante betaling, wordt de belasting een kohierbelasting.

Art. 7.-De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar tegen deze gemeentebelasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen.

Het bezwaar moet op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd.

Bezwaarschriften kunnen onder dezelfde voorwaarden en binnen dezelfde termijn worden ingediend via een duurzame drager.

 

Het bezwaarschrift moet op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van contante inning.

 

Art. 8.-Het College van burgemeester en schepenen of een personeelslid dat speciaal daarvoor is aangewezen, stuurt binnen vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding enerzijds naar de belastingschuldige en, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger en anderzijds naar de financieel beheerder. De ontvangstmelding kan via een duurzame drager worden gestuurd.

Tegen de beslissing van het college van burgemeester kan beroep worden ingesteld bij de bevoegde fiscale rechtbank.

 

Art. 9.-De regels betreffende de invordering, de verwijl- en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek, aanslagtermijnen en de verjaring inzake rijksbelastingen op de inkomsten zijn van toepassing op het huidig reglement.

Deze regels worden beschreven in de wet van 13 april 2019.

 

Art. 10.-De voormelde tarieven worden gekoppeld aan de evolutie van de consumptieprijsindex en stemmen overeen met de index van december 2018. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat;

Formule:

[huidig tarief] x consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat/consumptieprijsindexcijfer van december 2018.

 

Art. 11.-Dit belastingreglement wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Gemeentebelasting op het aansluiten op het openbaar rioolnet.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 170§4 van de gecoördineerde Grondwet;

Gelet op het decreet Lokaal Bestuur, inzonderheid de artikelen 40 en 41;

Gelet op de fiscale autonomie;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

Overwegende dat de gemeente instaat voor een aantal nutsvoorzieningen;

Overwegende dat het billijk is dat de gebruikers van dergelijke voorzieningen financieel

bijdragen in de lasten in het bijzonder van aanleg en onderhoud van de riolering;

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1. -       Er wordt een termijn, ingaand op 01.01.2020 en eindigend op 31.12.2025 een belasting gevestigd op het aansluiten op het openbaar rioolnet.

 

Art. 2. -Het bedrag wordt vastgesteld op 2.814,40 Euro per gewone aansluiting.

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 312,71 Euro per aansluiting in een private verkaveling waarbij een nieuwe weg werd aangelegd samen met alle nutsvoorzieningen en riolering met inbegrip van de wachtaansluitputjes per bouwperceel.

De bedragen, vermeld in de voorgaande leden, worden verhoogd met 312,71 euro per woongelegenheid in een flatgebouw of meergezinswoning, te rekenen vanaf de tweede woongelegenheid.

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 312,71 euro per aansluiting op een collector van Aquafin waarbij geen tussenkomst van de gemeente vereist is.

 

Art.3. -De belasting slaat op het eigendom en is verschuldigd door de persoon die eigenaar is wanneer de belasting eisbaar wordt, d.i. op de dag waarop de werken tot aansluiting aan het openbaar rioolnet voltooid zijn. Het vervreemden van de eigendom, nadat de werken voltooid zijn, ontslaat de vervreemder niet van het betalen van deze belasting.

In geval van mede-eigendom is iedere mede-eigenaar belastingplichtig waarbij de totale belastingsschuld wordt gedeeld door het aantal mede-eigenaars.

 

Art.4. -De belasting wordt contant ingevorderd tegen afgifte van een kwitantie.

 

Art. 5 De belastingplichtige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend, en worden gemotiveerd. De indiening kan gebeuren door verzending of door overhandiging.

Deze indiening, moet op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van zes maanden vanaf de contante betaling.

 

Art. 6 -Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de invorderingsregels van de wet van 13 april 2019 van toepassing.

 

Art. 7 -  De voormelde tarieven worden gekoppeld aan de evolutie van de consumptieprijsindex en stemmen overeen met de index van december 2018. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat.

Formule:

[huidig tarief] x consumptieprijsindex van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat/consumptieprijsindexcijfer van december 2018.

 

Art. 8 -  Het belastingreglement wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Belastingreglement op het afgeven van administratieve stukken.

 

 

Motivering:

Gelet op de artikelen 41, 62, 170 en 170§4 van de gecoördineerde Grondwet;

Gelet op de artikelen 40, 41 van het Decreet Lokaal Bestuur dat bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het vaststellen van de gemeentelijke belastingen en retributies;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen met latere wijzigingen;

Overwegende dat het gemeentebestuur zoveel mogelijk kosten moet trachten te recupereren voor individualiseerbare diensten;

Overwegende dat het afleveren van administratieve stukken een van de meest voorkomende taken is van de gemeentediensten; dat de kosten forfaitair kunnen worden bepaald binnen de perken, gesteld door de hogere overheden;

Gelet op van het Ministerieel besluit van 11/9/2017 (BS 29/9/2017) waarin staat dat de tarieven van de vergoedingen van bovengenoemde documenten jaarlijks worden herzien op 1 januari op basis van de schommelingen van de gezondheidsindex.

Gelet op de Vlaamse codex ruimtelijke ordening;

Gelet op het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning;

Overwegende dat vanaf 1 januari 2018 stedenbouwkundige handelingen, verkavelingen en de exploitatie van ingedeelde inrichtingen en activiteiten onderworpen worden aan één procedure ingesteld door het decreet betreffende de omgevingsvergunning;

Overwegende dat artikel 5 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning bepaalt, door de verwijzing naar het decreet algemene bepalingen inzake milieubeleid en de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, welke projecten vergunning- en meldingsplichtig is;

Overwegende dat het behandelen van aanvragen voor het afleveren van een omgevingsvergunning gepaard gaat met administratieve kosten;

Overwegende dat het de bedoeling is dat een omgevingsdossier ook zal kunnen ingediend worden via het digitaal loket;

Overwegende dat het de bedoeling is om het indienen van een digitaal omgevingsdossier zoveel mogelijk aan te moedigen;

Overwegende dat de omgevingsvergunningaanvragen met architect, voor klasse 1 en 2 inrichtingen, of voor verkavelingen verplicht digitaal ingediend dienen te worden;

Overwegende dat de tarieven die gehanteerd worden voor een omgevingsdossier die nog op papier wordt ingediend;

Gelet op het schrijven van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Instellingen en Bevolking i.v.m. de vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten, de Kids-ID's en kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen;

Gelet op de Wet van 21 december 2013 houdende het Consulair Wetboek;

Gelet op van het Ministerieel besluit van 11/9/2017 (BS 29/9/2017) waarin staat dat de tarieven van de vergoedingen van bovengenoemde documenten jaarlijks worden herzien op 1 januari op basis van de schommelingen van de gezondheidsindex.

Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen.

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1 -Er wordt voor een termijn, ingaand op 01/01/2020 en eindigend op               31/12/2025 een belasting gevestigd op het afleveren door het gemeentebestuur van administratieve stukken en inlichtingen.

De belasting is verschuldigd door de natuurlijk of rechtspersoon aan wie het stuk wordt afgeleverd.

 

Art. 2 -Het bedrag van de belasting wordt als volgt vastgesteld :

 

2.1.Getuigschriften : gratis

2.2. Legalisatie of voor echt verklaring van documenten :

Gratis

2.3.Identiteitskaarten en verblijfsbewijzen :

2.3.1. Identiteitsbewijzen voor kinderen van minder dan 12 jaar,

afgeleverd in uitvoering van het K.B. van 10/12/1996 en latere wijzigingen.

2.3.1.1. Elektronische identiteitskaarten voor kinderen van minder

dan 12 jaar afgeleverd in uitvoering van het K.B. van 18.10.2006 en latere wijzigingen.

- 7,50 Euro voor het eerste of voor elke andere die uitgereikt wordt tegen inlevering van de oude.

- 7,50 Euro voor een duplicaat ingevolge diefstal.

- 15,50 Euro voor een duplicaat ingevolge verlies.

- 98 Euro voor een dringende aflevering.

- 129,20 Euro voor een dringende aflevering met levering in Brussel.

In afwijking op art. 8 van dit reglement zullen de prijzen van de producten uit artikel 2.3.1.1 niet gekoppeld worden aan de evolutie van de consumptieprijsindex en op 1 januari niet worden aangepast aan de consumptieprijsindexcijfer van de maand die aan de aanpassing voorafgaat.

2.3.1.2. Identiteitsbewijs bestaande uit een tweeluik, bedekt met een plastic laagje of in een plastic zakje (model 2-b) (identiteitsbewijs vreemdelingen) afgeleverd in uitvoering van het K.B. van 22/10/2013 en latere wijzigingen

          2,06 Euro voor een eerste exemplaar of voor elke andere uitgereikt wordt tegen inlevering van de oude.

                     2,06 Euro voor een duplicaat ingevolge diefstal.

                     4,13 Euro voor een duplicaat ingevolge verlies.

 

2.3.2. Elektronische identiteits- en verblijfskaarten voor personen vanaf 12 jaar :

2.3.2.1. Elektronische identiteitskaarten voor Belgen, afgeleverd in uitvoering van het K.B. van 25/03/2003 voor personen vanaf 12 jaar en latere wijzigingen:

- 22,40 Euro voor de eerste of voor elke andere die uitgereikt wordt tegen inlevering van de oude

- 22,40 Euro voor elk duplicaat ingevolge diefstal

- 31,60 Euro voor elk duplicaat ingevolge verlies

- 114,10 Euro voor een dringende aflevering.

- 145,30 Euro voor een dringende aflevering met levering in Brussel.

In afwijking op art. 8 van dit reglement zullen de prijzen van de producten uit artikel 2.3.2.1. niet gekoppeld worden aan de evolutie van de consumptieprijsindex en op 1 januari niet worden aangepast aan de consumptieprijsindexcijfer van de maand die aan de aanpassing voorafgaat.

 

2.3.2.2.Elektronische vreemdelingenkaarten opgesteld volgens het model van de elektronische identiteitskaarten (E, E+, F en F+) afgeleverd in uitvoering van de Wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en latere wijzigingen en de Wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten,              de vreemdelingenkaarten              en de verblijfsdocumenten en latere wijzigingen

− 22,40 Euro voor de eerste of voor elke andere die uitgereikt wordt tegen inlevering van de oude

− 22,40 Euro voor elk duplicaat ingevolge diefstal

− 31,60 Euro voor elk duplicaat ingevolge verlies

−114,10 Euro voor een dringende aflevering

In afwijking op art. 8 van dit reglement zullen de prijzen van de producten uit artikel 2.3.2.2. niet gekoppeld worden aan de evolutie van de consumptieprijsindex en op 1 januari niet worden aangepast aan de consumptieprijsindexcijfer van de maand die aan de aanpassing voorafgaat.

 

2.3.2.3. Verblijfsbewijzen van vreemdelingen :

                     5,16 Euro voor een attest immatriculatie

                     gratis voor een bewijs inschrijving vreemdelingenregister (bijlage 8)

                     5,16 Euro voor een Bijlage 35

                     gratis voor een Aankomstverklaring

 

2.3.2.4. Elektronische vreemdelingenkaarten opgesteld volgens het Europees model (A, B, C, D en H) afgeleverd in uitvoering van :

- de Wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en latere wijzigingen en de Wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten.

 

- 22,90 Euro voor de eerste of voor elke andere die uitgereikt wordt tegen inlevering van de oude

- 22,90 Euro voor elk duplicaat ingevolge diefstal

- 32,10 Euro voor elk duplicaat ingevolge verlies

-114,10 Euro voor dringende aflevering.

In afwijking op art. 8 van dit reglement zullen de prijzen van de producten uit artikel 2.3.2.4. niet gekoppeld worden aan de evolutie van de consumptieprijsindex en op 1 januari niet worden aangepast aan de consumptieprijsindexcijfer van de maand die aan de aanpassing voorafgaat.

 

2.4. Rijbewijzen :

Rijbewijs Europees model (bankkaart): 26,96 Euro

Voorlopig rijbewijs Europees model (bankkaart): 26,96 Euro Afleveren van een internationaal rijbewijs : 26,96 Euro.

2.5. Trouwboekjes :

16,17 Euro (huwelijksgetuigschrift inbegrepen).

Eenzijdige opzegging van een wettelijke samenwoonst: 215,66 Euro.

2.6. Paspoorten:

2.6.1 Paspoorten voor inwoners ingeschreven in het

Bevolkingsregister van Asse en voor Belgen op doorreis:

         84,84 Euro per exemplaar gewone procedure.

         264,33 Euro volwassene spoedprocedure.

         43,45 Euro minderjarige gewone procedure.

         221,86 Euro minderjarige spoedprocedure.

2.6.2 Reisdocumenten voor vluchtelingen, vreemdelingen en

staatlozen

         80,74 Euro per exemplaar gewone procedure.

         254,10 Euro volwassene spoedprocedure.

         49,59 Euro minderjarige gewone procedure.

         221,86 Euro minderjarige spoedprocedure.

In afwijking op art. 8 van dit reglement zullen de gemeentezegels van de producten uit artikel 2.6.2 gekoppeld worden aan de gemeentezegels van toepassing op de producten van artikel 2.6.1.

 

2.7. Diverse inlichtingen en lijsten.

2.7.1. a) 2,16 Euro per blad voor eenmalige inlichtingen uit

bevolkingsregisters, registers (adreswijzigingen,selectielijsten,...)

b) gratis voor inlichtingen omtrent eigen persoonsgegevens, zoals

bedoeld in art.10§1 van de Wet van 08.12.1992;

2.7.2. per blad voor afschriften van andere publicata en van

stedenbouwkundige plannen:

- 0,06 Euro voor een afschrift in zwart/wit op A4 formaat

- 0,13 Euro voor een afschrift in zwart/wit op A3 formaat

- 1,25 Euro voor een afschrift in kleur op A4 formaat

- 1,88 Euro voor een afschrift in kleur op A3 formaat

2.7.3. 12,51 Euro per planafdruk.

 

2.8. Bouw-, verkavelings- en milieuvergunningen.

2.8.1. Er is een belasting verschuldigd van:

 

 

 

Digitaal

Analoog

Melding van een ingedeelde inrichting of activiteit

40,93 EUR

61,40 EUR

Melding voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen

40,93 EUR

61,40 EUR

Melding voor een inrichting en het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen

40,93 EUR

61,40 EUR

Omgevingsvergunningsaanvraag voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen:

- Gewone procedure

- Vereenvoudigde procedure

 

 

46,05 EUR

12,28 EUR

 

 

51,17 EUR

15,35 EUR

Omgevingsvergunningsaanvragen voor een

- Gewone procedure

- Vereenvoudigde procedure

 

204,67 EUR

102,34 EUR

 

245,61 EUR

133,04 EUR

Indien klasse1

- Zonder MER

- Met MER

 

  921,02 EUR

1.535,04 EUR

 

 

Omgevingsvergunningsaanvragen voor een ingedeelde inrichting EN voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen:

- Gewone procedure

- Vereenvoudigde procedure

 

 

 

204,67 EUR

102,34 EUR

 

 

 

245,61 EUR

133,04 EUR

Vraag tot omzetting van een milieuvergunning verleend voor 20 jaar naar een permanente

204,67 EUR

245,61 EUR

Aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden:

- Zonder wegenis

 

 

- Met wegenis

 

204,67 EUR

+ 81,87 EUR/lot

 

255,84 EUR

+ 81,87 EUR/lot

 

409,34 EUR

+ 102,34 EUR/lot

 

511,68 EUR + 102,34 EUR/lot

Verzoek tot bijstelling van een verkavelingsvergunning

153,50 EUR

+40,93 EUR/lot

255,85 EUR

+46,05 EUR/lot

Afstand van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden

40,93 EUR

51,17 EUR

Aanvraag van een stedenbouwkundig attest

12,28 EUR

15,35 EUR

Aanvraag van een planologisch attest

30,70 EUR

46,05 EUR

Vergunningsaanvraag springstoffen

204,67 EUR

245,61 EUR

Vergunningsaanvraag ioniserende stralingen

204,67 EUR

245,61 EUR

Aanvraag tot het houden van een projectvergadering

 

307,01 EUR

Voor het in kennis brengen van kadastrale eigenaars en omwonenden tijdens de procedure van de aanvraag

 

5,12 EUR /aangetekende zending

 

 

Er is vrijstelling van belasting voor aanvragen voor :

a)       opslagplaatsen voor gas en stookolie voor verwarming van particuliere woningen (klasse 3)

b)            warmtepompen voor verwarming/koeling van particuliere woningen (klasse 2 en 3)

2.8.2. Er is een belasting verschuldigd van 625,42 Euro voor het indienen van een dossier tot het bekomen van een vergunning voor het verplaatsen en/of afschaffen van voetwegen.

2.8.3. Er is een belasting verschuldigd van 125,08 Euro voor het indienen van een aanvraag tot socio-economische machtiging van een handelsvestiging.

2.9. Huisnummers : gratis

2.10. Document 240i: gratis

2.11. Algemene politieverordening : 6,25 Euro per exemplaar.

2.12. - Een belasting van 187,63 euro per dossier is verschuldigd voor:

de stedebouwkundige-, juridische- en milieu inlichtingen welke het gemeentebestuur dient te bezorgen aan de notaris bij het opmaken van een verkoopakte voor een gebouw, een perceel of een entiteit van percelen en gebouwen; voor de subentiteiten (appartement, winkelruimte,...) wordt 125,08 euro aangerekend.

- Het verstrekken van milieuinformatie (bodemstalen, milieuvergunningen, historiek bedrijvigheid) voor studiebureau's, bedrijven ...enz.

2.13. Per slachtingsaangifte op het grondgebied van de gemeente is er een belasting verschuldigd van 5,39 Euro per dier.

2.14. Een afschrift van een belasting- of retributiereglement wordt belast aan een tarief van 0,06 Euro per blad (een afschilt in zwart/wit op A4 formaat).

2.15. De retributie voor de afgifte van een conformiteitsattest, in het kader van een aanvraag tot onbewoonbaarheid en/of ongeschiktheid bedraagt 67,39 Euro.

Art. 3 -

Zijn vrijgesteld van belasting :

3.1. de stukken die in uitvoering van een wet of van gelijk welk reglement van de administratieve overheid door het gemeentebestuur kosteloos moeten worden afgeleverd;

3.2. de stukken die afgeleverd worden aan behoeftige personen; de behoeftigheid wordt door ieder overtuigend bewijsstuk gestaafd;

3.3. de machtigingen betreffende godsdienstige of politiek manifestaties;

3.4. de machtigingen betreffende activiteiten die als dusdanig reeds het voorwerp uitmaken van een belasting of retributie ten voordele van de gemeente;

3.5. de inlichtingen en stukken, gevraagd door het Rijk, de provincies of de gemeenten, en door de gerechtelijke of administratieve overheid, alsook door de instellingen van openbaar nut;

3.6. de stukken die krachtens een wet, een K.B. of een overheidsverordening reeds aan de betaling van een recht ten voordele van de gemeenten onderworpen zijn.

Uitzondering wordt gemaakt voor de rechten die de met het afgeven van reispassen belaste gemeenten ambtshalve toekomen krachtens artikel 13 van de wet van 04.07.1956 en het K.B. van 20.12.1972 en 20.11.1976;

3.7. de stukken die afgeleverd worden met het oog op de samenstelling van het dossier dat overeenkomstig de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen moet ingediend worden bij het Rampenfonds teneinde een vergoeding te bekomen voor de geleden schade.

Art. 4 -Eventuele verzendkosten van betalende documenten zijn ten laste

van de aanvrager.

Art. 5 -

Art. 6 -

De belasting wordt contant ingevorderd :

5.1. voor de gevallen bedoeld in artikel 2.1 tot en met 2.6 en 2.12 tegen afgifte van het document of bij het stuk, waarbij een kasticket met het geïnde bedrag wordt afgeleverd;

5.2. voor de gevallen bedoeld in artikel 2.8, 2.9, 2.10 en 2.13 tegen afgifte van het exemplaar;

5.3. voor de gevallen bedoeld in artikel 2.7 en 2.11 tegen afgifte van een kwitantie;

De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger, die zich onterecht belast acht, kan een met reden omkleed bezwaarschrift indienen dat afgegeven of per post gezonden wordt aan het College van Burgemeester en Schepenen binnen de drie maanden te rekenen van af de contante betaling.

Bezwaarschriften kunnen onder dezelfde voorwaarden en binnen dezelfde termijn worden ingediend via een duurzame drager.

 

Art. 7 -        De regels betreffende de invordering, de verwijl- en moratoire

intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek, aanslagtermijnen en de verjaring inzake rijksbelastingen op de inkomsten zijn van toepassing op deze belasting. Deze regels worden beschreven in de wet van 13 april 2019.

 

Art. 8 -

 

De voormelde tarieven worden gekoppeld aan de evolutie van de consumptieprijsindex en stemmen overeen met de index van december 2018. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de consumptieprijsindexcijfer van de maand die aan de aanpassing voorafgaat.

Formule:

[huidig tarief] x consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat/consumptieprijsindexcijfer van december 2018.

Met uitzondering, de indexering geldt niet voor de artikelen 2.3.1.1., 2.3.2.1., 2.3.2.2. en 2.3.2.4.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Gemeentebelasting op het openen van gevaarlijke en hinderlijke inrichtingen (vergunningstaks).

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 170§4 van de gecoördineerde Grondwet;

Gelet op de artikelen 40 en 41 van het decreet Lokaal Bestuur;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- een gemeentebelastingen;

Overwegende dat de hogere overheid het nodig heeft geacht de gevaarlijke, ongezonde en hinderlijke inrichtingen te onderwerpen aan een strikte vergunningsreglementering;

Overwegende dat dezelfde inrichtingen milieubelastend zijn, in de eerste plaats voor de inwoners van de gemeente waar de inrichtingen geopend worden;

Dat het past dergelijke inrichtingen te onderwerpen aan een openingstaks, waarvan de opbrengst ten goede komt aan de gemeente, die op haar beurt zelf ten dele instaat voor het vrijwaren van het milieu;

Overwegende dat het tevens past het tarief te differentiëren;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente.

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art.1. -Er wordt voor een termijn, ingaand op 01.01.2020 en eindigend op 31.12.2025 een belasting gevestigd op het openen van gevaarlijke, ongezonde en hinderlijke inrichtingen van eerste en tweede klasse, die vergunningsplichtig zijn overeenkomstig het regentbesluit van  Art.2. 06.07.1964, de daaropvolgende uitvoeringsbesluiten, o.a. de KB van 10.02.1970 en 11.09.1970 en overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Executieve van 06.02.1991 houdende vaststelling van het VLAREM;

 

Art.2. -Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 310,55 Euro voor de in artikel 1 bedoelde inrichtingen van eerste klasse, en 62 Euro voor de inrichtingen van tweede klasse. De belasting is verschuldigd door de exploitant van de vergunningsplichtige inrichting.

 

Art.3. -De belasting is verschuldigd bij de toelating alsook bij elke hernieuwing van de toelating.

 

Art.4. -De belasting wordt contant ingevorderd tegen afgifte van een kwitantie.

 

Art.5. -De belastingplichtige, die zich onterecht belast acht, kan een met reden omkleed bezwaarschrift indienen dat afgegeven of per post gezonden wordt aan het College van Burgemeester en Schepenen binnen de drie maanden te rekenen van af de contante betaling..

Vanaf dan verloopt de procedure zoals beschreven in de artikelen 9, 10 en 11 van de wet van 24.12.1996; zoals gewijzigd door de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen;

 

Art.6.-De regels betreffende de invordering, de verwijl- en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelastingen op de inkomsten zijn van toepassing op deze belasting. Deze regels worden beschreven in de wet van 13 april 2019.

 

Art.7. -De voormelde tarieven worden gekoppeld aan de evolutie van de consumptieprijsindex en stemmen overeen met de index van december 2018. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat.

Formule:

[huidig tarief] x consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat/consumptieprijsindexcijfer van december 2018.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Belastingreglement wanneer niet kan voldaan worden aan de minimumnormen opgelegd door de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening aangaande het aanleggen van parkeerplaatsen - en fietsstelplaatsen.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 170, § 4 van de Grondwet;

Gelet op het decreet Lokaal Bestuur, inzonderheid artikel 40 en 41°;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

Overwegende dat de gemeenteraad in zitting van 19 januari 2015 de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening aangaande het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsstelplaatsen buiten de openbare weg goedkeurde;

Overwegende dat de gemeente door deze stedenbouwkundige verordening een norm wenst op te leggen voor projecten zoals één- en meergezinswoningen, en andere bestemmingen, om te voorkomen dat de parkeerdruk van private projecten wordt afgewenteld op het openbaar domein;

Overwegende dat de stedenbouwkundige verordening voorziet dat een compensatoire vergoeding verschuldigd is indien niet kan voldaan worden aan de opgelegde minimumnormen;

Overwegende dat een bijhorend belastingreglement aldus dient vastgesteld te worden;

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

 

Besluit: Met 23 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Willy Michiels, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Erik Beunckens, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop), 8 onthoudingen (Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Edward Van Keer, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben en Caroline Robberechts)

 

Art. 1 -Er wordt voor een termijn, ingaande op 01 januari 2020 en eindigend op 31 december 2025, een belasting geheven op het ontbreken van parkeerplaatsen en fietsstelplaatsen buiten de openbare weg, zoals bepaald in de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening aangaande het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsstelplaatsen buiten de openbare weg, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 16 december 2019.

 

Art. 2 -De belasting is verschuldigd:

1° op het ogenblik van het afleveren van de stedenbouwkundige vergunning;

2° op het ogenblik dat het gebruiksrecht van een parkeerplaats en/of fietsstelplaats wordt beëindigd;

3° op het ogenblik dat vastgesteld wordt dat de in de stedenbouwkundige vergunning voorziene parkeerplaats en/of fietsstelplaats niet werden aangelegd en het gebouw reeds in gebruik genomen werd.

 

Art. 3 - De belasting is verschuldigd door:

1° de houder van de stedenbouwkundige vergunning die de vereiste parkeerplaats en/of fietsstelplaats niet heeft aangelegd;

2° de houder van een zakelijk recht die de bestemming van een parkeerplaats en/of fietsstelplaats heeft gewijzigd zodat niet meer voldaan is aan de bepalingen van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening aangaande het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsstelplaatsen buiten de openbare weg, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 16 januari 2019;

3° de houder van een zakelijk recht die niet langer het genot heeft van een parkeerplaats en/of fietsstelplaats.

 

Art. 4 -De belasting wordt vastgesteld op:

15.000,00 euro per ontbrekende parkeerplaats;

500 euro per ontbrekende fietsstelplaats.

 

Art. 5 -Alle bepalingen, opgenomen in de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening aangaande het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsstelplaatsen buiten de openbare weg, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 16 januari 2019, zijn van toepassing op onderhavig belastingreglement.

 

Art. 6 - De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van               burgemeester en schepenen.

 

Art. 7 - De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de

verzending van het aanslagbiljet.

 

Art. 8 - De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar

indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend, en worden gemotiveerd. De indiening kan gebeuren door verzending of door overhandiging.

Bezwaarschriften kunnen onder dezelfde voorwaarden en binnen dezelfde termijn worden ingediend via een duurzame drager.

 

Tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen kan beroep worden ingesteld bij de fiscale rechtbank van eerste aanleg te Brussel.

 

Art. 9 - Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zijn de bepalingen van de wet van 13 april 2019 van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen.

 

Art. 10 -De voormelde tarieven worden gekoppeld aan de evolutie van de consumptieprijsindex en stemmen overeen met de index van december 2018. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat.

Formule:

[huidig tarief] x consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat/consumptieprijsindexcijfer van december 2018.

 

Art. 11 - Dit belastingreglement wordt aan de toezichthoudende overheid

toegezonden.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Retributiereglement op het gebruik van het openbaar domein - parkeren.

 

 

Motivering:

Gelet op de gecoördineerde grondwet, inzonder artikel 173;

Gelet op het decreet van 9 juli 2010 houdende de invordering van parkeerheffingen door parkeerbedrijven, tot aanvulling van het decreet van 16 mei 2008, betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer;

Gelet op de nieuwe gemeentewet, meer bepaald op de artikelen 117, 119 en

135;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

Gelet op het K.B. van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg en latere wijzigingen;

Overwegende dat de gemeenteraad krachtens artikel 173 van de gecoördineerde Grondwet rechten kan vaststellen in evenredigheid tot de bewezen diensten voor het bezetten van het openbaar domein of het facultatief gebruik maken van gemeentelijke diensten ;

Overwegende dat de parkeerrotatie moet bevorderd worden;

Overwegende dat het retributiereglement vastgesteld in zitting van de gemeenteraad van 26 augustus 2019 betreffende het gebruik van het openbaar

domein (parkeren) derhalve dient te worden aangepast;

Overwegende dat het retributiereglement vastgesteld in zitting van de gemeenteraad van 16 september 2016 op het parkeren in een blauwe zone derhalve dient te worden aangepast;

Overwegende het voorstel om de aanpassing van voornoemde retributiereglementen te laten aanvangen bij  het ingaan van de nieuwe concessie (richtdatum 1 juli 2020);

 

 

Besluit: Met 18 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt en Orhan Sahin), 4 nee-stemmen (Willy Michiels, Erik Beunckens, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop), 9 onthoudingen (Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Edward Van Keer, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Theo Hamers en Caroline Robberechts)

 

Art. 1 - Er wordt een retributie gevestigd, verschuldigd voor de privatieve ingebruikneming van het openbaar domein (parkeren).

 

Art. 2 - De retributie is verschuldigd door de houder van de nummerplaat.

 

Art. 3 - De retributies worden vastgesteld,

3.1 Voor het stationeren van een motorvoertuig in volgende zones:

Zone 2:

Lindenpark, Stationsstraat, Bergestraat (tussen Parklaan en Stationsstraat), Belvedèresteegje, Reiniersbos, Molenstraat (tussen Stationsstraat en Ilsedestraat) en Pastinakenstraat (tussen Boekfos en rotonde Parklaan)

Zone 3:

Boekfos (plein niet), Vronemeers, Neerstraat, Gemeenteplein (uitgezonderd nr.17 en 20), Hopmarkt, Arsenaalstraat, Langevijver, Muurveld, Hofveld, Bloklaan, Sint-Martinusstraat, Kerkplein, Nieuwstraat (tussen Muurveld en Ten Boeke).

Zone 4:

Nieuwstraat (tussen Ten Broeke en Kerkstraat), Ten Broeke, Broekeweg, Oudestraat, Koensborre, Koensborreplein, G. Kurthstraat, K. Astridstraat, Kalkoven (van nr. 18 tot 74 en 111 en 125).

Zone 5:

Parking Prieelstraat, Mollestraat, ondergrondse en bovengrondse parking Huinegem.

Te Asse/Zellik: Brusselsesteenweg, parkeerstrook van nr.485 tot 541 en van nr.574 tot 682.

is het gebruik van parkeerkaart of parkeerautomaat verplicht en geldt het tarief van 1 euro/uur (tarief 2).

In de voornoemde straten is eveneens het bewonersparkeren toegestaan en kan een parkeerabonnement worden bekomen.

De geldigheid van de bewonerskaart is beperkt tot de zone waartoe men behoort.

 

3.2 Voor het stationeren van een motorvoertuig in volgende straten: Weversstraat (van 1 tot 45 en 12 tot 34), Steenweg (van 2 tot 32), Nieuwstraat (tussen nr.3 tot 19), Kalkoven (tussen nr.2 tot 10 en tussen nr.127 tot 131), Stationsplein en Gemeenteplein (van nr.17 tot 20).

Parking Nieuwstraat (het onroerende goed, ten kadaster gekend als Asse, tweede afdeling, sectie L, nr.258/e en 260/f) is het gebruik van een parkeerkaart of parkeerautomaat verplicht en geldt het tarief van 1 euro/uur (tarief 2).

In de vernoemde straten is het bewonersparkeren en parkeren met een abonnement verboden.

Bewonersparkeren wordt toegestaan op de parking Prieelstraat. Er is een parkeertijd van 4 uren toegestaan.

 

3.3 De retributie bedraagt dus: - € 1,00 per uur

- € 0,50 per 30 minuten

en is bij voorafbetaling verschuldigd en betaalbaar.

Een gratis parkeerticket, dat eveneens volgens de modaliteiten vermeld-op de

parkeerautomaten kan bekomen worden, wordt aangeboden aan de bestuurder

die zijn/haar voertuig wenst te parkeren voor een periode van maximum 15

minuten (kortparkeren).

 

3.4 Bij het overschrijden van de maximum toegelaten duur wordt een retributie voorzien van 18 euro per halve dag (tarief 1).

 

Art. 4 - De retributies worden vastgesteld:

4.1Voor het stationeren van een motorvoertuig in de ondergrondse parking Huinegem is het gebruik van de parkeerautomaat verplicht en geldt een tarief van 50 cent per halve dag (tarief 3).

In de voornoemde parking is het bewonersparkeren en parkeren met een abonnement verboden.

 

4.2 De retributie bedraagt 50 cent per halve dag en is bij voorafbetaling verschuldigd en betaalbaar.

Een gratis parkeerticket, dat eveneens volgens de modaliteiten vermeld op de parkeerautomaten kan bekomen worden, wordt aangeboden aan de bestuurder die zijn/haar voertuig wenst te parkeren voor een periode van maximum 15 minuten (kortparkeren).

 

4.3 Bij het overschrijden van de maximum toegelaten duur wordt een retributie voorzien van 18 euro per halve dag.

 

Art. 5

5.1 Voor de aankoop van een kaart bewonersparkeren wordt 25 euro per jaar aangerekend.

Een kaart voor bewonersparkeren wordt afgeleverd aan personen gedomicilieerd in Asse in een straat waar betalend parkeren van kracht is: 1 bewonerskaart per voertuig, maximum 2 bewonerskaarten per domicilie.

Bewonerskaarten warden beperkt tot de voertuigen voorzien door verkeersbord E9b: personenauto's, auto's dubbel gebruik en minibussen ("elke auto opgevat en gebouwd voor het vervoer van personen, die bij gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten, zonder die van de bestuurder, en die voorzien is van een carrosserie van hetzelfde type als dat van lichte vrachtauto's of autobussen").

 

Voor de aankoop van een 2de kaart wordt 50 euro aangerekend.

 

5.2 Een parkeerabonnement kan bekomen worden vanaf minstens 1 maand aan 25 euro per maand.

5.3 Voor de aankoop van een kaart paramedici en huisartsen wordt 25 euro per jaar aangerekend. Op de kaart wordt vermeld : Toelating om tijdens de betalende uren te parkeren in alle straten van Asse waarin het betalend parkeren van toepassing is. Te gebruiken in combinatie met de blauwe schijf, voorzien van een correcte tijdsaanduiding, voor een maximum parkeertijd van 45 minuten.

 

Art. 6 - De retributie is betaalbaar:

6.1 voor de gevallen, bedoeld in artikel 3.1, 3.2, 3.4 en 4.1 door het inbrengen

in het apparaat van de daartoe bestemde munten of protonkaart (voor wat

betreft tarief 2 en 3).

 

Voor tarief 1: binnen de 5 dagen na ontvangst van de betalingsvordering.

6.2 voor de gevallen, bedoeld in artikel 5.1, 5.2, 5.3 en 5.4 bij aanvraag.

 

Art. 7 - Op de Shop & Go parkeerplaatsen kan er 30 minuten gratis geparkeerd worden. Bij het overschrijden van de maximum toegelaten duur wordt een retributie voorzien van 25 euro per halve dag.

 

Art. 8 - Zijn vrijgesteld van de retributie (onder artikel 3.1, 3.2, 3.4 en 4.1): Alle gehandicapten die houder zijn van een speciale kaart, afgeleverd door een officieel orgaan, overeenkomstig het M.B. van 7 mei 1999. Deze kaart dient op een duidelijke zichtbare plaats en wijze langs de binnenkant van de voorruit van het voertuig geplaatst of op het voorste deel van het voertuig aangebracht.

 

Het is niet toegestaan om met de parkeerkaart voor personen met een handicap langer dan 30 min. te parkeren op de Shop & Go parkeerplaatsen.

 

Art. 9 - Op de voorbehouden parkeerplaatsen voor elektrische voertuigen t.h.v. een elektrisch oplaadpunt, is er tijdens het opladen van het voertuig geen parkeerretributie verschuldigd.

 

Art. 10 - Op zon- en feestdagen (inbegrepen 11. juli), 4 opeenvolgende zaterdagen te verdelen over de maanden december en januari is er geen retributie verschuldigd.

 

Art. 11 - Bij gebrek aan betaling in der minne wordt een eerste herinnering gestuurd zonder kosten, een tweede herinnering wordt gestuurd met 6,25 euro kosten ten laste van de wanbetaler. Ingeval van aangetekende aanmaning door de advocaat beloopt de invorderingskost 15 euro ten laste van de wanbetaler.

 

Art. 12 - Bij gebrek aan betaling in der minne zal de retributie burgerrechtelijk ingevorderd worden.

 

Art. 13 - Deze verordening zal bekend gemaakt worden overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 286,§1,1°, art.287 en art.288 van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Art. 14 - Deze verordening wordt onverwijld overgemaakt aan de toezichthoudende overheid.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Retributiereglement op het parkeren blauwe zone.

 

 

Motivering:

Gelet op de gecoördineerde grondwet, inzonder artikel 173;

Gelet op het decreet van 9 juli 2010 houdende de invordering van parkeerheffingen door parkeerbedrijven, tot aanvulling van het decreet van 16 mei 2008, betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer;

Gelet op de nieuwe gemeentewet, meer bepaald op de artikelen 117, 119 en 135;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

Gelet op het K.B. van 01/12/1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg en latere wijzigingen;

Overwegende dat de gemeenteraad krachtens artikel 173 van de gecoördineerde Grondwet rechten kan vaststellen in evenredigheid tot de bewezen diensten voor het bezetten van het openbaar domein of het facultatief gebruik maken van gemeentelijke diensten;

Overwegende dat de parkeerrotatie moet bevorderd worden;

Overwegende dat het retributiereglement vastgesteld in zitting van de gemeenteraad van 16 september 2016 op het parkeren in een blauwe zone derhalve dient te worden aangepast;

Overwegende het voorstel om de aanpassing van voornoemde retributiereglementen te laten aanvangen bij het ingaan van de nieuwe concessie (richtdatum 1 juli 2020).

 

Besluit: Met 18 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt en Orhan Sahin), 4 nee-stemmen (Willy Michiels, Erik Beunckens, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop), 9 onthoudingen (Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Edward Van Keer, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Theo Hamers en Caroline Robberechts)

 

Art. 1 -Er wordt een gemeentelijke retributie gevestigd voor het parkeren van motorvoertuigen op de openbare weg of op de plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg in een zone met beperkte parkeertijd (blauwe zone) namelijk:

- Relegem, Dorpsstraat 22-24

- Te Asse, Nerviërsstaat, parkeerstrook van nr. 138 tot 136, van nr.104 tot 102 en van nr.30 tot 26

- Te Asse, Vaal (uitgezonderd bewoners)(Zone 6)

- Te Asse, Lindendries, tussen Vaal en Lindenpark (uitgezonderd bewoners)(Zone 6)

- Te Asse, Brusselsesteenweg, parkeerstrook van nr. 2 tot 60 (uitgezonderd bewoners)(Zone 6)

- Te Asse, Spiegelstraat, Ilsedestraat, Molenstraat, Borrevaal, Wagenmeers, Brugstraat (Zone 1)

- Te Asse, Voorstehoeve t.h.v. nr.76 (uitgezonderd bewoners)

- Te Asse/Zellik, Brusselsteenweg van nr.814 tot 804

- Te Asse/Zellik, Mgr. Denayerstraat, C. Van Malderenstraat, Driekoningenlaan, Aandenberg, Kerklaan (tussen T. Coppensstraat en Brusselsesteenweg), Brusselsesteenweg (tussen Sint Quirinuslaan en nr.574 en tussen Henri Rosseelslaan en nr. 485), Fr.Thirrystraat, A. De Deckerstraat, Vinkenlaan, Openveldstraat, Baron J.Greindllaan, Merelstraat, Laarbeeklaan, Fr.Timmermansstraat (uitgezonderd parking station), Nachtegaallaan, Leliegaarde, Langehaag en Kloosterstraat.

(Zone Zellik)

 

De geldigheid van de bewonerskaart is beperkt tot de zone waartoe men behoort.

In de voornoemde straten is bewonersparkeren toegestaan, uitgezonderd volgende locaties:

- Zellik, Brusselsesteensteenweg van nr.814 tot 804

- Relegem, Dorpsstraat 22-24

- Asse, Nerviërsstraat, parkeerstrook van nr.138 tot 136, van 1404 tot 102 en van nr. 30 tot 26.

- Asse, Voorstehoeve t.h.v. nr.76.

 

Onder openbare weg verstaat men de wegen en hun trottoirs of nabijgelegen bermen die eigendom zijn van de gemeentelijke, provinciale of gewestelijke overheden.

 

Onder met een openbare weg gelijkgestelde plaats verstaat men de parkeerplaatsen gelegen op de openbare weg, zoals vermeld in artikel 4, §2, van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten.

 

 

Art. 2 -De retributie wordt als volgt vastgesteld:

- Gratis voor de maximale duur die toegelaten is door de verkeersborden;

- Een forfaitair bedrag van 18,00 euro voor elke periode die langer is dan deze die reglementair is toegestaan.

 

De door de gebruiker gewenste parkeerduur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig van de parkeerschijf, overeenkomstig artikel 27.1.1 van het Koninklijk Besluit van 1 december 1975.

 

Het parkeren van voertuigen gebruikt door personen met een handicap is gratis.

 

Het statuut van "persoon met een handicap" wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren door het aanbrengen op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig van de kaart uitgereikt overeenkomstig met ministerieel besluit van 7 mei 1999.

 

Art. 3 -De retributie is verschuldigd zodra het voertuig langer geparkeerd is dan de tijd die toegelaten is door de verkeersborden, en is betaalbaar door overschrijving op de rekening van de aangestelde van de gemeente; deze laatste mogelijkheid wordt enkel aangeboden als de gebruiker opteert voor de toepassing van het forfaitair tarief.

 

Art. 4 -De gebruiker van een motorvoertuig die een parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van zijn voertuig plaatst, wordt steeds geacht te kiezen voor de betaling van het in artikel 2 bedoelde forfaitaire tarief.

 

De toepassing van het hierboven vermelde forfait, brengt de aangestelde van de gemeente een uitnodiging om de retributie binnen de vijf dagen te betalen aan op de voorruit van het voertuig.

 

Art. 5 -Bij gebreke aan betaling in der minne zal de retributie burgerrechtelijk ingevorderd worden.

Er wordt een eerste herinnering gestuurd zonder kosten, een tweede herinnering wordt gestuurd met 6,25 euro kosten ten laste van de wanbetaler. Ingeval van aangetekende aanmaning door de advocaat beloopt de invorderingskost 15 euro ten laste van de wanbetaler.

 

Art. 6.Voor de aankoop van een kaart bewonersparkeren wordt 25 euro per jaar aangerekend. Voor de aankoop van een 2e kaart wordt 50 euro aangerekend. Een kaart voor bewonersparkeren wordt afgeleverd aan personen gedomicilieerd in Asse in een straat waar blauwe zone uitgezonderd bewoners, van kracht is: 1 bewonerskaarten per voertuig, maximum 2 bewonerskaart per domicilie.

Bewonerskaarten worden beperkt tot de voertuigen voorzien van verkeersbord E9b: personenauto's, auto's voor dubbel gebruik en minibussen ("elke auto opgevat en gebouwd voor het vervoer van personen, die bij gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogte acht plaatsen mag bevatten, zonder die van de bestuurder, en die voorzien is van een carrosserie van hetzelfde type als dat van 

 

6.1.De retributie is betaalbaar bij aanvraag.

 

 

Art. 7 -Deze verordening zal bekend gemaakt worden overeenkomstig de bepalingen van de artikel 286,§1,1°, art.287 en art.288 van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Art. 8 -Deze wordt onverwijld overgemaakt aan de toezichthoudende overheid.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Retributiereglement aangaande plaatsing grafkelders.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet Lokaal Bestuur; inzonderheid de artikelen 40 en 41;

Gelet op het gemeentelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging;

Overwegende dat een tarief dient vastgesteld voor een grafkelder.

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Art. 1 -Het gemeentebestuur biedt grafkelders aan op de gemeentelijke begraafplaatsen gedurende de periode 1 januari 2020 tot 31 december 2025.

 

Art. 2 -De prijs van een grafkelder bedraagt 875,59 euro.

 

Art. 3 -De retributie is verschuldigd door de aanvrager.

 

Art. 4 -De retributie is eisbaar bij de aankoop.

 

Art. 5 -Bij gebrek aan betaling in der minne zal de retributie ingevorderd worden volgens de modaliteiten bepaald in artikel 177§2 van het decreet Lokaal Bestuur.

 

Art. 6 -De voormelde tarieven worden gekoppeld aan de evolutie van de consumptieprijsindex en stemmen overeen met de index van december 2018. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat.

Formule:

[huidig tarief] x consumptieprijsindexcijfer van de maand december die aan de

aanpassing voorafgaat/consumptieprijsindexcijfer van december 2018.

 

Art. 7 -Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein.

 

 

Motivering:

Gelet op het feit dat de gemeente en de burgers voortdurend geconfronteerd worden met de plaatsing van en/of onderhoud aan verschillende nutsvoorzieningen op gemeentelijk grondgebied;

 

Gelet op het feit dat deze nutsvoorzieningen werkzaamheden vergen langs de gemeentelijke wegen en aldus een impact hebben op het openbaar domein;

 

Gelet op de goedkeuring door de gemeente van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen die tot doel heeft een snelle en vlotte uitvoering van de werken te bevorderen, teneinde de hinder en de duur van de werken tot een minimum te herleiden;

 

Gelet op het feit dat deze Code werd opgemaakt door een overlegplatform bestaande uit een delegatie van nutsbedrijven en een delegatie van de gemeenten;

 

Gelet op het feit dat er op het vlak van het onderhoud en de herstellingen ook geregeld dringende werken moeten worden uitgevoerd die verband houden met de continuïteit van de dienstverlening en dat er daarnaast een aantal werken zijn zoals aansluitingswerken, herstellingen en andere kleine onderhoudswerken die omzeggens constant een impact hebben op het openbaar domein;

 

Gelet op de actualisatie van de code naar aanleiding van meer aandacht voor minder hinder, meer oog voor het totaal concept en het gebruik van nieuwe e-instrumenten GIPOD, KLIP....;

 

Gelet op het nieuwe decreet lokaal bestuur;

 

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

 

Art. 1 -Algemeen

Er wordt aan de eigenaar van elke nutsvoorziening een retributie aangerekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen.

 

 

Permanente nutsvoorzieningen zijn:

- alle installaties (zoals kabels, leidingen, buizen,...), inclusief hun aanhorigheden (zoals kabel-, verdeel-, aansluit-; e.a. kasten, palen, masten, toezichts-, verbindings-, e.a. putten...) dienstig voor het transport van elektriciteit, gas, gasachtige producten, stoom, drink-, hemel- en afvalwater, warm water, brandstof,

- telecommunicatie;

- radiodistributie en kabeltelevisie,

- de transmissie van enigerlei data, ongeacht of een privé-gebruiker al dan niet op die installaties kan aangesloten worden,

- alle trein- en tramsporen die zich bevinden op de openbare weg worden eveneens aanzien als nutsvoorzieningen.

 

De retributie is niet verschuldigd indien de werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voorafgaand aan wegen- of rioleringswerken uitgevoerd door de gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de gemeente.

 

Onderhavig retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2020 voor een termijn eindigend op 31 december 2022.

 

 

Art. 2 -Retributie naar aanleiding van sleufwerken

 

De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per lopende meter openliggende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt voor werken in rijwegen 0,78 euro, voor werken in voetpaden 0,60 euro en voor werken in aardewegen 0,36 euro.

Op deze basisbedragen wordt, in analogie met de niet-periodieke tarieven, een indexatie toegepast.

 

Een begonnen dag geldt voor een volledige dag.

Elk deel van een lopende meter wordt als een volledige lopende meter in rekening gebracht.

 

 

Art. 3 -Retributie voor dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen, kleine onderhoudswerken en ter compensatie van diverse heffingen en belastingen.

 

Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken met een sleufoppervlakte van maximum 3m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1,00 euro per op het grondgebied van de gemeente aanwezig aansluitingspunt.

 

Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,50 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de gemeente.

Op deze basisbedragen wordt, in analogie met de niet-periodieke tarieven, een indexatie toegepast.

 

Deze retributies zijn verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitingspunten op het grondgebied van de gemeente.

 

Art. 4 - Inning

 

De retributie dient te worden betaald binnen de 30 kalenderdagen na toezending van de facturen

 

Art. 5 -Definitief karakter

 

Dit retributiereglement wordt toegezonden aan de toezichthoudende overheid.

Het retributiereglement wordt overeenkomstig artikel 286 van het decreet lokaal bestuur afgekondigd en bekendgemaakt.

 

 

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Dotatie aan politiezone AMOW - dienstjaar 2020.

 

 

Motivering:

Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, in bijzonder artikel 40, derde en zesde lid en artikel 71, eerste lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 2001 houdende de nadere regels inzake de berekening en de verdelging van de gemeentelijke dotaties in de schoot van een meergemeente politiezone;

Gelet op het feit dat de politieraad in zitting van 2 december 2019 de politiebegroting AMOW van het dienstjaar 2020 goedkeurde;

Overwegende dat bij de goedkeuring van de politiebegroting 2020 rekening werd gehouden met de verdeelsleutel zoals bepaald in het koninklijk besluit van 16 november 2001 houdende de nadere regels inzake de berekening en de verdeling van de gemeentelijke dotaties in de schoot van een meergemeente politiezone;

Overwegende dat op het artikelnummer 330 01/485/48 van de politiebegroting 2020  3.355.300,89 Euro staat ingeschreven;

Overwegende dat op het artikelnummer 330 01/685-51 van de politiebegroting 2020  576.459,12 Euro staat ingeschreven;

Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art.: De bijdrage van de gemeente Asse zoals ingeschreven in de politiebegroting 2020, zijnde in totaal 3.931.760,01 Euro, goed te keuren en aan de politiezone Asse-Merchtem-Wemmel toe te kennen.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Bepaling verdeelsleutel gemeentelijke dotatie 2020 aan de hulpverleningszone Vlaams-Brabant West.

 

 

Motivering:

Het percentage van de gemeentelijke dotatie (dienstjaar 2020) van de hulpverleningszone Vlaams-Brabant West dient ter goedkeuring voorgelegd te worden aan de gemeenteraad.

 

Voor dienstjaar 2020 zou dit 5,76% bedragen

(of een bedrag van 1.895.178,49 Euro vertegenwoordigen en uitgesplitst in 1.631.673,73 exploitatie en 263.506,76 Euro investeringen).

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art. :De bepaling verdeelsleutel gemeentelijke dotatie hulpverleningszone Vlaams-Brabant West wordt goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Gemeentelijke tarieven saneringsbijdrage voor 2020.

 

 

Motivering:

Overwegende dat Farys/TMVW jaarlijks een intercommunaal voorstel voor de gemeentelijke saneringsbijdrage (drinkwaterklanten) en de gemeentelijke saneringsvergoeding (eigen waterwinners) lanceert;

Overwegende dat momenteel het tarief dat door de meeste deelnemers wordt toegepast (zie bijlage):

 

Decretaal maximum

 

-Huishoudelijk €/m³

  basistarief1,3915

  comforttarief 2,7830

 

-Niet-huishoudelijk

  vlak tarief1,5765 bedraagt;

 

Dit tarief komt tot stand door de bovengemeentelijke saneringsbijdrage te vermenigvuldigen met de coëfficiënt die het maximum bepaalt (1,4 in 2019).

Overwegende dat zoals elk jaar Farys nu reeds een principieel akkoord vraagt wat betreft de gemeentelijke saneringsbijdrage- en vergoeding voor het volgende jaar.

Deze aanpak laat immers tot de facturatie van de geactualiseerde prijzen toch vanaf januari op te starten, juist na publicatie van het programmadecreet;

Overwegende dat Farys voor 2020 dezelfde benadering voorstelt;

Gelet op het schrijven van Farys dd. 8 oktober 2019 waarin een nieuw aangepast intercommunaal voorstel wordt gedaan;

 

Overwegende dat de nieuwe tariefstructuur, in voege sinds 1 januari 2020, voorziet ook voor de gemeentelijke saneringscomponent in de invoering van een vastrecht per wooneenheid en (indien er geen wooneenheden zijn) per watermeter. De grootte ervan wordt op Vlaams niveau vastgelegd en is bindend voor iedereen;

- Dit vastrecht werd bepaald op € 30 (gemeentelijk) en €20 (bovengemeentelijk);

- Er is ook een korting per gedomicilieerde voorzien, zodat het vastrecht in prijs afneemt met de toename van de gezinsgrootte (tot maximum €0). De korting werd bepaald op €6 (gemeentelijk) en €4 (bovengemeentelijk).

 

Overwegende dat voorgesteld wordt om de toepassing van de maximale tarieven voor de gemeentelijke saneringsbijdrage en -saneringsvergoeding, berekend door de tarieven voor de bovengemeentelijke saneringsbijdrage voor 2020 te vermenigvuldigen met een vermenigvuldigingscoëfficiënt (momenteel 1,4 onder voorbehoud van decretale aanpassing);

Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten;

Gelet op het KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;

Gelet op het KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

 

 

Besluit: Met 22 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Edward Van Keer, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Finke Jacobs, Theo Hamers en Caroline Robberechts), 9 onthoudingen (Willy Michiels, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Erik Beunckens, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Johan Berben, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop)

 

Enig art. :Het intercommunaal voorstel voor de toepassing van de maximale tarieven voor de gemeentelijke saneringsbijdrage en -saneringsvergoeding, berekend door de tarieven voor de bovengemeentelijke saneringsbijdrage voor 2020 te vermenigvuldigen met een vermenigvuldigingscoëfficiënt (momenteel 1,4 onder voorbehoud van decretale aanpassing) wordt principieel goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

3e budgetwijziging 2019 - gemeente Asse.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet Lokaal Bestuur;

Beradend over de ontvangsten en uitgaven der budgetwijziging van het dienstjaar 2019;

Gelet op de tabel der ontvangsten en uitgaven van de 3e budgetwijziging 2019;

 

Besluit: Met 18 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt en Orhan Sahin), 13 onthoudingen (Willy Michiels, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Erik Beunckens, Edward Van Keer, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt, Chris De Knop en Caroline Robberechts)

 

Enig art. :De budgetten van 2019 worden na de 3e budgetwijziging als volgt goedgekeurd:

 

I.Exploitatie ontvangsten54.736.943,27 EUR

Exploitatie uitgaven49.507.884,01 EUR

 

II.Investeringen ontvangsten  5.253.232,71 EUR

Investeringen uitgaven14.486.241,39 EUR

 

III.Andere ontvangsten     0,00 EUR

Andere uitgaven  3.595.831,48 EUR

 

IV.Budgettair resultaat boekjaar- 7.599.780,48 EUR

 

V.Gecumuleerd budgettair resultaat  4.131.416,79 EUR

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Financieel meerjarenplan 2020 -2025.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet Lokaal Bestuur;

Beradend over het financieel doelstellingenplan;

Gelet op het financieel doelstellingenplan (schema M1);

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

Gelet op het gunstig advies van het MAT, betreffende het ontwerp van meerjarenplan 2020-2025;

Gelet op de adviezen van de adviesraden;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;

 

 

Besluit: Met 18 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt en Orhan Sahin), 12 nee-stemmen (Willy Michiels, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Erik Beunckens, Edward Van Keer, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Gilbert Verdoodt, Chris De Knop en Caroline Robberechts), 1 onthouding (Theo Hamers)

 

Art. 1 -Het deel gemeente van het meerjarenplan 2020-2025 van gemeente en OCMW Asse wordt vastgesteld.

 

Art. 2 -De gemeenteraad neemt kennis van de vaststelling van het deel OCMW van het meerjarenplan 2020-2025 van gemeente en OCMW Asse.

 

Art. 3 -Het meerjarenplan 2020-2025 maakt integraal deel uit van dit besluit.

 

Art. 4 -De gemeenteraad keurt het deel OCMW van het meerjarenplan 2020-2025 van gemeente en OCMW Asse goed.

 

2020

Uitgaven

Ontvangsten

Saldo

Exploitatie

58.277.256,09

64.664.443,00

   6.387.186,91

Investering

12.369.543,66

  1.385.224,00

-10.984.319,66

Andere

  4.259.348,00

  2.525.000,00

-  1.734.348,00

Totaal

74.906.147,75

68.574.667,00

-  6.331.480,75

 

 

2021

Uitgaven

Ontvangsten

Saldo

Exploitatie

60.085.523,82

65.454.154,00

  5.368.630,18

Investering

13.236.860,00

       48.000,00

-13.188.860,00

Andere

  3.738.843,00

11.623.700,00

  7.884.857,00

Totaal

77.061.226,82

77.125.854,00

       64.627,19

 

 

2022

Uitgaven

Ontvangsten

Saldo

Exploitatie

61.035.742,38

66.215.500,33

  5.179.757,95

Investering

12.788.352,00

  1.798.000,00

-10.990.352,00

Andere

  4.181.691,00

10.148.470,00

   5.966.779,00

Totaal

78.005.785,38

78.161.970,33

      156.184,95

 

 

2023

Uitgaven

Ontvangsten

Saldo

Exploitatie

61.825.928,29

67.069.630,70

   5.243.702,41

Investering

  9.457.492,00

10.472.110,00

   1.014.618,00

Andere

  4.611.736,00

     165.720,00

-  4.446.016,00

Totaal

75.895.156,29

77.707.460,70

    1.812.304,41

 

 

2024

Uitgaven

Ontvangsten

Saldo

Exploitatie

62.592.232,90

67.949.419,00

  5.357.186,10

Investering

  6.945.259,00

  6.803.800,00

  -  141.459,00

Andere

  5.541.026,00

     181.420,00

- 5.359.606,00

Totaal

75.078.517,90

74.934.639,00

-    143.878,90

 

 

2025

Uitgaven

Ontvangsten

Saldo

Exploitatie

63.261.950,59

68.617.305,00

  5.355.354,41

Investering

  4.153.490,00

  2.336.500,00

- 1.816.990,00

Andere

  5.158.659,00

     205.920,00

- 4.952.739,00

Totaal

72.574.099,59

71.159.725,00

- 1.414.374,59

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

2e Budgetwijziging 2019 - AGA.

 

 

Motivering:

Gelet op decreet Lokaal Bestuur;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus;

Gelet op de beheersovereenkomst d.d. 15 juli 2013 tussen het Autonoom Gemeentebedrijf Asse en de gemeente Asse, inzonderheid artikel 9, §2;

Overwegende dat deze budgetwijziging dient goedgekeurd te worden door de gemeenteraad;

 

 

Besluit: Met 22 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Willy Michiels, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Erik Beunckens, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop), 9 onthoudingen (Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Edward Van Keer, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Theo Hamers en Caroline Robberechts)

 

Enig art. :De 2e budgetwijziging 2019 van het Autonoom Gemeentebedrijf Asse wordt goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Meerjarenplanning 2020-2025 - AGA.

 

 

Motivering:

Gelet op het decreet Lokaal Bestuur;

Gelet op de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf Asse;

Gelet op de beheersovereenkomst d.d. 15 juli 2013 tussen het Autonoom Gemeentebedrijf Asse en de gemeente Asse;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus;

Overwegende dat het meerjarenplan dient aangepast te worden aan de realiteit, met name het jaarlijkse budget en de budgetwijzigingen;

Gelet op de wijziging van het meerjarenplan 2020-2025;

 

 

Besluit: Met 18 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt en Orhan Sahin), 13 onthoudingen (Willy Michiels, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Erik Beunckens, Edward Van Keer, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Finke Jacobs, Johan Berben, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt, Chris De Knop en Caroline Robberechts)

 

Enig art. :De wijziging van het meerjarenplan 2020-2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Asse wordt goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Vaststellen prijssubsidies 2020.

 

 

Motivering:

Gelet op artikel 40 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Gelet op de statuten van het AGA;

Gelet op de beheersovereenkomst tussen de gemeente Asse en het AGA;

Overwegende dat het AGA - overeenkomstig de bepalingen van de beheersovereenkomst - de sportinfrastructuur, bibliotheekinfrastructuur, culturele en jeugdinfrastructuur beheert;

Overwegende dat bij de exploitatie van deze gemeentelijke infrastructuur de kosten de inkomsten overstijgen;

Overwegende dat, indien deze kosten zouden doorgerekend worden aan de gebruikers van deze infrastructuur, de prijzen te hoog en sociaal onaanvaardbaar zouden zijn;

Overwegende dat het derhalve wenselijk is dat de gemeente Asse een prijssubsidie toekent die ten goede komt aan de gebruikers van de infrastructuur per prestatie die door het AGA geleverd wordt zodat de toegangsprijzen voor de gebruikers zo laag mogelijk kunnen worden gehouden;

Overwegende dat de berekening van de prijssubsidie geschiedt door het maken van een raming van het aantal te verwachten gebruikers en op basis van het budget;

Overwegende dat deze gegevens op regelmatige basis worden geëvalueerd en dat de berekening van de prijssubsidie dan kan worden bijgestuurd;

Overwegende dat op de prijssubsidie op de toegangsgelden voor de BTW-toepassing eveneens BTW moet worden gerekend;

Overwegende dat op de prijssubsidie recht van toegang het BTW-tarief van 6% van toepassing is ingevolge artikel 18, § 1, 12° BTW-Wetboek en het KB nr. 20 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven (tabel A: Goederen en diensten onderworpen aan het tarief van 6%, diensten, XXVIII);

Overwegende dat ingevolge de beleidsbeslissing van de gemeente Asse de activiteiten in de culturele infrastructuur worden gesubsidieerd deels per gebruiker, en dus volgens het aantal tickets, die recht op toegang geven en deels per terbeschikkingstelling van een infrastructuur;

Overwegende dat ingevolge de beleidsbeslissing van de gemeente Asse, wat de bibliotheekinfrastructuur, de gemeente Asse enerzijds een prijssubsidie toekent per lid dat de bibliotheek betreedt en anderzijds per lid dat boeken ontleent;

Overwegende dat de prijssubsidie voor het verhuren van boeken onderworpen is aan een BTW-tarief van 21%;

 

Besluit: Met algemene stemmen

 

Enig art. :De volgende overeenkomst tussen de gemeente Asse en het AGA wordt goedgekeurd:

 

 

Overeenkomst tussen de gemeente Asse en het Autonoom Gemeentebedrijf Asse betreffende het vaststellen van de prijssubsidie

 

 

Tussen de ondergetekenden

 

I.de GEMEENTE ASSE, waarvan het gemeentehuis gevestigd is te 1730 Asse, Gemeenteplein 1, vertegenwoordigd door de heren Koen Van Elsen, burgemeester, en Lander Van Droogenbroeck, algemeen directeur, hierna genoemd “de gemeente Asse”,

 

en

 

II.het AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF ASSE, met zetel te 1730 Asse, Gemeenteplein 1, ondernemingsnummer 0876.249.005, vertegenwoordigd door de heer Koen Van Elsen, voorzitter van de raad van bestuur, hierna genoemd “het Autonoom Gemeentebedrijf Asse”,

 

wordt het volgende overeengekomen:

 

 

Voorafgaande uiteenzetting

Overwegende dat het Autonoom Gemeentebedrijf Asse - overeenkomstig de bepalingen van de beheersovereenkomst - de sportinfrastructuur, bibliotheekinfrastructuur, culturele en jeugdinfrastructuur beheert;

Overwegende dat bij de exploitatie van deze gemeentelijke infrastructuur de kosten de inkomsten overstijgen;

Overwegende dat, indien deze kosten zouden doorgerekend worden aan de gebruikers van deze infrastructuur, de prijzen te hoog en sociaal onaanvaardbaar zouden zijn;

Overwegende dat het derhalve wenselijk is dat de gemeente Asse een prijssubsidie toekent die ten goede komt aan de gebruikers van de infrastructuur per prestatie die door het Autonoom Gemeentebedrijf Asse geleverd wordt zodat de toegangsprijzen voor de gebruikers zo laag mogelijk kunnen worden gehouden;

Overwegende dat de berekening van de prijssubsidie geschiedt door het maken van een raming van het aantal te verwachten gebruikers en op basis van het budget;

Overwegende dat deze gegevens op regelmatige basis worden geëvalueerd en dat de berekening van de prijssubsidie dan kan worden bijgestuurd;

Overwegende dat op de prijssubsidie op de toegangsgelden voor de BTW-toepassing eveneens BTW moet worden gerekend;

Overwegende dat op de prijssubsidie recht van toegang het BTW-tarief van 6% van toepassing is ingevolge artikel 18, § 1, 12° BTW-Wetboek en het KB nr. 20 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven (tabel A: Goederen en diensten onderworpen aan het tarief van 6%, diensten, XXVIII);

Overwegende dat ingevolge de beleidsbeslissing van de gemeente Asse de activiteiten in de culturele infrastructuur worden gesubsidieerd deels per gebruiker, en dus volgens het aantal tickets, die recht op toegang geven en deels per terbeschikkingstelling van een infrastructuur;

Overwegende dat ingevolge de beleidsbeslissing van de gemeente Asse, wat de bibliotheekinfrastructuur, de gemeente Asse enerzijds een prijssubsidie toekent per lid dat de bibliotheek betreedt en anderzijds per lid dat boeken ontleent;

Overwegende dat de prijssubsidie voor het verhuren van boeken onderworpen is aan een BTW-tarief van 21%;

 

 

Artikel 1: Gemeentelijk zwembad "Den Aerberg"

 

De prijssubsidie wordt voor de periode van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 vastgesteld als volgt:

 

Per gebruiker: 4,30 euro (exclusief 6% BTW)

 

 

Artikel 2: Indoorsportinfrastructuur  

 

De prijssubsidie wordt voor de periode van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 vastgesteld als volgt:

 

Per uur gebruik: 4,30 euro (exclusief 6% BTW)

 

 

Artikel 3: Bibliotheekinfrastructuur

 

De prijssubsidie wordt voor de periode van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 vastgesteld als volgt:

 

Per ontlener: 3,85 euro (exclusief 21% BTW)

Per bezoeker: 1,70 euro (exclusief 6% BTW)

 

 

Artikel 4: Culturele infrastructuur

 

De prijssubsidie wordt voor de periode van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 vastgesteld als volgt:

 

Per terbeschikkingsstelling van een zaal: 25,30 euro (exclusief 21% BTW)

Per ticket: 16,70 euro (exclusief 6% BTW)

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

Evaluatieverslag Autonoom Gemeentebedrijf Asse.

 

 

Motivering:

Gelet op de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf Asse;

Gelet op de beheersovereenkomst tussen de gemeente Asse en het Autonoom Gemeentebedrijf Asse;

Gelet op artikel 227, lid 2 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;

Overwegende dat het Autonoom Gemeentebedrijf Asse een evaluatie heeft opgemaakt van enerzijds de uitvoering van de beheersovereenkomst en anderzijds de evaluatie van de verzelfstandiging zelf;

Gelet op het evaluatieverslag;

 

Besluit: Met 21 ja-stemmen (Koenraad Van Elsen, Peter Verbiest, Hendrik De Baerdemaeker, Sigrid Goethals, Jan De Backer, Geert Heyvaert, Joris Van Den Cruijce, Emiel Saerens, Edwin Fabri, Micheline De Mol, Johan De Rop, Kristof Gaublomme, Tim Lengeler, Liesje Wermoes, Edward Van Keer, Marie-Berthe Wyns, Katleen Meersseman, Guy De Bondt, Orhan Sahin, Finke Jacobs en Caroline Robberechts), 10 onthoudingen (Willy Michiels, Yoeri Vastersavendts, Rita De Vos, Erik Beunckens, Niel Delgouffe, Danny Van Hemelrijck, Johan Berben, Theo Hamers, Gilbert Verdoodt en Chris De Knop)

 

Enig art. :Het evaluatieverslag van het Autonoom Gemeentebedrijf Asse wordt goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

F.Jacobs-Betrokkenheid verenigingen bij Vrijetijdssite Zellik

 

 

Toelichting:

 

Op de vorige gemeenteraad werd het punt ‘prijsvraag studieopdracht vrijetijdssite Zellik - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze’ besproken. Met Groen en andere oppositiepartijen hebben we toen onze bezorgdheid uitgedrukt over de afwezigheid van een jurylid uit Zellik. De meerderheid zette deze bekommernis weg als niet relevant, haalde aan dat er participatie is geweest en dat dit punt voornamelijk over de technische kant van de zaak gaat.

 

Als oud-Chiro leider en oud-lid van jeugdhuis Time-Out ben ik tevreden met de bouw van de Vrijetijdssite in Zellik: al jaren heeft Chiro Zellik nood aan ruime lokalen die voldoende plaats voorzien om binnen te spelen, makkelijke toegang biedt aan groene terreinen en waar er deftige faciliteiten (zoals WC & keuken).

 

Echter was de hele leidingsploeg verrast om, via de pers, te vernemen dat er een studieopdracht met jury is goedgekeurd. Op de laatste Algemene Vergadering van de Jeugdraad hebben ze dit ook aangehaald: zulke zaken willen ze op voorhand weten en graag willen ze betrokken zijn in het verdere verloop.

 

Ter informatie: de participatie met Chiro Zellik vond zo’n 5 jaar geleden plaats, de leidingsploeg van toen is niet dezelfde als die van vandaag. Geen enkele leider/leidster die hier toen aan werkte, zit nu nog in de leidingsploeg. Jeugdhuis Time-Out bestaat zelfs niet meer en is ondertussen vervangen door een andere groep jongeren en omgedoopt tot Jeugdhuis Mix-up.

 

Participatie is een continu process en deze meerderheid wil werk maken van meer participatie. Daarom vragen we  met Groen hier een tandje bij te steken en vragen we aan de gemeente stappen te ondernemen om in de toekomst deze verenigingen actief te betrekken en informeren bij elke stap van dit project.

 

Ons voorstel kort:

1.Betrek belanghebbende verenigingen op proactieve wijze. Chiro Zellik en Jeugdhuis Mix-up hebben een contactpersoon doorgegeven, deze namen zijn ondertussen/zullen gedeeld worden met de bevoegde schepen en diensten.

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

J.Berben-Evaluatie van de afsluiting van de Ichelgemstraat

 

 

Toelichting:

 

Evaluatie van de afsluiting van de Ichelgemstraat Mollem

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

J.Berben-Verkeerssituatie en parkeersituatie Dorp Mollem

 

 

Toelichting:

Verkeerssituatie en parkeersituatie Dorp Mollem

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

J.Berben-Snelheidsvermelder Kezeweide Mollem

 

 

Toelichting:

Snelheidsvermelder Kezeweide Mollem

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 16 december 2019

 

J.Berben-Sluikstorten Kouter Mollem

 

 

Toelichting:

Sluikstorten Kouter Mollem

 

 

 

 

Publicatiedatum: 23/01/2020
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.